ECLI:NL:PHR:2021:602
Parket bij de Hoge Raad
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep tegen veroordeling voor deelname aan criminele organisatie en drugshandel
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van de verdachte, die eerder door het gerechtshof 's-Hertogenbosch is veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee jaren en acht maanden. De veroordeling was gebaseerd op deelname aan een criminele organisatie met als doel het plegen van misdrijven, waaronder opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet. De verdachte heeft geen middelen ingediend in cassatie, wat betekent dat er geen schriftelijke argumenten zijn gepresenteerd ter ondersteuning van het beroep. De aanzegging van het cassatieberoep is op 16 juni 2020 aan de verdachte uitgereikt, en de raadsman is op 19 juni 2020 op de hoogte gesteld van deze betekening. Aangezien de verdachte niet binnen de wettelijke termijn een schriftuur heeft ingediend, is hij niet-ontvankelijk verklaard in zijn cassatieberoep. De conclusie van de Procureur-Generaal strekt tot niet-ontvankelijkverklaring van de verdachte in het beroep, wat betekent dat de Hoge Raad de zaak niet verder in behandeling zal nemen. Deze zaak hangt samen met meerdere andere zaken tegen medeverdachten, wat de complexiteit van de zaak vergroot.