“
Zaaksdossier 18 (feit 10): [a-straat 1] te Tilburg
De rechtbank heeft in het vonnis onder voormeld parketnummer onder feit 10 bewezenverklaard dat betrokkene samen met anderen in de periode van 26 februari 2013 tot en met 1 oktober 2013 in een pand aan de [a-straat 1] te Tilburg ongeveer 281 hennepplanten heeft geteeld. De rechtbank ontleent aan de inhoud van de bewijsmiddelen bij dit feit (zaaksdossier 18), zoals opgenomen in de bijlage bij het vonnis, het oordeel, dat betrokkene voordeel als bedoeld in artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht heeft behaald.
Op 1 oktober 2013 zijn in twee ruimtes van de woning aan de [a-straat 1] te Tilburg in werking zijnde hennepkwekerijen aangetroffen met in totaal 287 hennepplanten. In kweekruimte 1 stonden 145 hennepplanten, in kweekruimte 2 stonden 142 hennepplanten. Omdat deze hennepplanten in beslag zijn genomen, hebben ze geen voordeel voor betrokkene opgeleverd.
Er zijn echter aanwijzingen van eerdere oogsten aangetroffen, die wel tot wederrechtelijk voordeel hebben geleid. De vervuilde koolstoffilters, vervuiling in de kweekruimtes, kalkafzetting op gebruikte apparatuur en vochtplekken op de muren en het plafond toonden aan dat de ruimtes langdurig als hennepkwekerij in gebruik zijn geweest. Voorts zijn lege jerrycans met voedingsmiddelen, potgrond, hennepresten, droognetten met hennepresten en vervuilde bamboestokken aangetroffen, die eveneens wijzen op langdurig gebruik. De bevindingen dat er eerdere oogsten hebben plaatsgevonden worden ondersteund door tapgesprekken, die plaatsvonden op 26 februari 2013. Op grond van die tapgesprekken wordt uitgegaan van begindatum gelegen voor 26 februari 2013, nu anders dan de verdediging stelt, uit de bedoelde tapgesprekken wel kan worden afgeleid dat er toen al een hennepkwekerij actief was op de bedoelde locatie. In die gesprekken wordt immers gesproken over het 2 tot 3 keer oogsten voor de zomer en dat een “oom” te weten is gekomen van de plek en die oom mogelijk provisie gaat vragen en anders jongens het er uit laat trekken. Omdat gebruik werd gemaakt van het toevoegen van CO2, werd het chemisch proces in de plant versneld, waardoor de groeiperiode kon worden verkort, de structuur van de plant verbeterd en de bloem voller werd. Er kon dus tijdswinst worden behaald, waardoor de opbrengst kon worden verhoogd. Gelet op de tapgesprekken van de eigenaar van de hennepkwekerij ([betrokkene]), gaat de rechtbank voorbij aan het onderdeel van de verklaring van [betrokkene 17] over de start van de kwekerij.
Aldus acht de rechtbank het aannemelijk dat, gelet op een kweekcyclus van 10 weken, een aangetroffen oogst van 3 weken en het gebruik van CO2 apparatuur in de kwekerij, er voorafgaand aan 1 oktober 2013 3 oogsten hebben plaatsgevonden. Deze drie oogsten vormen derhalve de basis voor het verkregen wederrechtelijk voordeel.
KWEEKRUIMTE 1
Kweekruimte 1 besloeg een oppervlakte van 9,577 vierkante meter. In deze ruimte werden 145 hennepplanten aangetroffen. Gemiddeld stonden er (in het voordeel van betrokkene afgerond) 16 hennepplanten per vierkante meter. De opbrengst bedraagt bij dat aantal planten per vierkante meter 27,7 gram hennep per plant. De verkoopprijs van hennep bedraagt € 3,28 per gram.
De totale bruto opbrengst per oogst in ruimte 1 bedroeg 145 hennepplanten x 27,7 gram = 4016,5 gram x€ 3,28 = € 13.174,12.
Op deze bruto opbrengst dienen de kosten in mindering te worden gebracht.
De kosten bestaan uit afschrijvingskosten, inkoopkosten van hennepstekken en variabele kosten voor water en voedingsstoffen per hennepplant.
Bij een aantal van 0-199 hennepplanten bedragen de afschrijvingskosten van de investeringen € 150,- per oogst.
De inkoopprijs van hennepstekken is € 2,85 en de variabele kosten per hennepplant bedragen € 3,33.
De totale kosten van de 145 hennepplanten in kweekruimte 1 bedragen € 1.046,10.
Het wederrechtelijk verkregen voordeel per oogst van kweekruimte 1 bedraagt (opbrengst minus kosten):
€ 13.174,12 -/- € 1.046,10 = € 12.128,02.
KWEEKRUIMTE 2
Kweekruimte 2 besloeg een oppervlakte van 9,734 m2. In deze ruimte werden 142 hennepplanten aangetroffen. Gemiddeld stonden er (in het voordeel van betrokkene afgerond) 15 hennepplanten per vierkante meter. De opbrengst bedraagt bij dat aantal planten per vierkante meter 28,2 gram hennep per plant. De verkoopprijs van hennep bedraagt € 3,28 per gram.
De totale bruto opbrengst per oogst in ruimte 2 bedroeg 142 hennepplanten x 28,2 gram = 4004,4 gram x €3,28 = 6 13.134,43.
Op deze bruto opbrengst dienen de kosten in mindering te worden gebracht.
De kosten bestaan uit afschrijvingskosten, inkoopkosten van hennepstekken en variabele kosten voor water en voedingsstoffen per hennepplant.
Bij een aantal van 0-199 hennepplanten bedragen de afschrijvingskosten van de investeringen € 150,- per oogst.
De inkoopprijs van hennepstekken is € 2,85 en de variabele kosten per hennepplant bedragen € 3,33.
De totale kosten van de 142 hennepplanten in kweekruimte 2 bedragen € 1,027,56.
Het wederrechtelijk verkregen voordeel per oogst van kweekruimte 2 bedraagt (opbrengst minus kosten):
€ 13.134,43 -/- € 1.027,56 = € 12.106,87.
Het wederrechtelijk verkregen voordeel per oogst van beide kweekruimtes bedraagt:
€ 12.128,02+ € 12.106,87 =
€ 24.234,89.
Het wederrechtelijk verkregen voordeel van drie oogsten wordt vastgesteld op
€ 72.704,67. Nu betrokkene niet heeft willen verklaren over zijn betrokkenheid bij de kwekerij en over het delen van de winst met eventuele derden en uit het dossier hierover onvoldoende blijkt, schrijft de rechtbank dit gehele voordeel toe aan betrokkene als zijnde de eigenaar van de kwekerij.”