Conclusie
Het arrest en het herzieningsverzoek
gemanipuleerd” geluidsmateriaal van telefoontaps.
Het herzieningsonderzoek
digitaletapkamer in Apeldoorn. Volgens Van den Heuvel was het audiomanagementsysteem van die tapkamer werkzaam op besturingssoftware genaamd ‘iRMX’ en werd het geluidsmateriaal op commando ‘streamend’ aangeboden aan de werkstations (Windows-pc’s) waarachter de uitluisteraars (rechercheurs en taptolken) zich konden positioneren. Volgens Van de Ven daarentegen bestond die apparatuur van de tapkamer geheel uit Windows-pc’s en kon het geluidsmateriaal (althans de verkeersgegevens ervan) eenvoudig worden gemanipuleerd met op Windows/DOS toegesneden reparatie-applicaties als PC Tools en Dr. Watson. Ofschoon Van de Ven in dit herzieningsonderzoek daartoe verscheidene gelegenheden zijn geboden, heeft hij in géén geval zijn gelijk proefondervindelijk kunnen aantonen. Ook overigens staat m.i. nu vast dat de digitale tapkamer voldeed aan de door Van den Heuvel gegeven beschrijving ervan.
analogetapkamer op zichzelf mogelijk. Met de overgang, op 13 november 1997, van een analoge naar een digitale tapkamer zou een (verondersteld) frauderend politieteam het zichzelf echter buitengewoon lastig hebben gemaakt. Dit doet de vraag rijzen of het vervalsen van geluidsmateriaal en de registratie van vervalst materiaal op de geluidsdragers die afkomstig zijn van de tapkamers niet op een andere wijze kan hebben plaatsgehad, namelijk door de tapkamers via het telecommunicatienetwerk vervalst geluidsmateriaal aan te bieden, waarna het op reguliere wijze wordt geregistreerd. Over dergelijke, ‘externe’ scenario’s van manipulatie gaat onderdeel 7.
twee gekoppelde” IMSI-catchers en/of een modem vervalst geluidsmateriaal wordt aangeboden aan de Nederlandse tapkamer als zou het tapgesprekken betreffen die afkomstig waren van het gsm-toestel van Baybaşin, terwijl de echte bron daarvan (de politie zelf) verhuld zou blijven. Op de gronden als uiteengezet in onderdeel 7 concludeer ik echter dat de door Van de Ven gepresenteerde scenario’s van manipulatie ongefundeerd en zeer onwaarschijnlijk zijn.
aperte aanwijzing voor manipulatie”. Van de Ven tekende daarbij aan dat deze aanzienlijke versnelling kon worden verklaard doordat de Turkse politie bij het manipuleren van geluidsmateriaal gebruik had gemaakt van een instabiele taperecorder. Bij hun oordeelsvorming lieten Van de Ven en Derksen echter buiten beschouwing dat hetzelfde geluidsmateriaal doch gedigitaliseerd in 2002 en hetzelfde geluidsmateriaal doch gedigitaliseerd door de tCEAS in 2009 géén aanzienlijke versnelling vertoonde, terwijl ook het rechtstreeks ontsloten geluidsmateriaal uit de digitale tapkamer niet versneld werd weergegeven. Dat alles valt in de hypothese van Van de Ven en Derksen niet goed te verklaren. Zou de manipulatie met een instabiele taperecorder in Turkije dan abrupt zijn geëindigd zodra in Nederland werd overgegaan van een analoge naar een digitale tapkamer? Dat komt mij uiterst onwaarschijnlijk voor.
ineen telefoonverbinding hoorbaar kon worden.
volstrekt onverklaarbaar AGC-patroon”, te weten de sporen van de werking van AGC (de afvlakking van de signaalsterkte), in paragraaf 11.3 de aanwezigheid van een tweede lichtnetfrequentie in het geluidsmateriaal (die naar nu blijkt afkomstig is van de apparatuur waarmee Van de Ven zelf zijn metingen verrichtte), en in paragraaf 9.3 onderzoek aan de kenmerken van beltonen van tapgesprekken die in enkele gevallen “
volstrekt onverklaarbaar” afwijken van hetgeen volgens Van de Ven een onbetwiste, harde ITU-standaard zou zijn. Wat dat laatste betreft heeft Van den Heuvel echter uitvoerig toegelicht dat die afwijkingen van de ITU-specificaties binnen de ‘signaling’ van telecommunicatie wel degelijk verklaarbaar zijn en bovendien elders ook kunnen worden aangetroffen. Die conclusie vindt steun in de antwoorden op mijn vragen aan KPN en Vodafone, die uitwijzen dat de kenmerken van de beltonen van Vodafone reeds (minstens) twintig jaar afwijken van hetgeen volgens Van de Ven een onwrikbare ITU-standaard zou zijn.
bovendiengeen technische aanwijzingen voor manipulaties van tot het bewijs gebezigd geluidsmateriaal in de strafzaak tegen Baybaşin.
qua tijd is gemanipuleerd”.
Yesterday was Saturday”, terwijl het telefoongesprek volgens de verkeersgegevens ervan werd gevoerd op een dinsdag; volgens Derksen een aantoonbare inconsistentie. In werkelijkheid zegt de gesprekspartner in tapgesprek A-3-51 echter: “
Yesterday I was shattered”.
later” heeft beluisterd.
internationaal erkend linguïst” Rizgar, en dit onder voorbijgaan aan het werk van de taptolken uit 1997/1998 en een RC-tolk die in 1999 in overleg met de verdediging was ingeschakeld.
40 duizend” spreekt, en niet over “
hoeveel duizend is dat.” Bij een beoordeling van novum 99 bleek dat, anders dan de raadsvrouw poneerde, Metin niet zelf zei: “
Er is een auto achter ons en we voelen ons niet op ons gemak”, maar dat deze uitspraak hem door Baybaşin werd aangereikt als (potentiële) smoes waarmee een geveinsd bezoek aan Baybaşin kon worden afgezegd.
baxçe” dan wel “
boxçe” in de mond neemt, is door mij niettemin andermaal voorgelegd aan de herzieningstolk. Die houdt het uitgesproken woord zowel bij eerste (onbevangen) beluistering als bij nadere, nauwgezette bestudering op “
baxçe” (tuin), hetgeen in overeenstemming is met het door het hof overgenomen oordeel van de drie taptolken én dat van de RC-tolk.
Adri” te kunnen beluisteren, en hij baseert daarop zijn stelling dat Baybaşin in dit telefoongesprek met iemand anders spreekt dan met heroïnekoerier Priescu, zoals het gerechtshof op basis van de tapverbalen heeft aangenomen.
Adri” uit te spreken. Hij zegt in plaats daarvan de (snel uitgesproken) woorden: “
I believe”. In datzelfde gesprek hoort Derksen het woord “
Dutch” uitgesproken, waar in werkelijkheid “
Deutsch” wordt gezegd. In tapgesprek A-3-18 beluisteren de raadsvrouw en Derksen “
I want him to deliver” waar in werkelijkheid “
I would like him to be over” wordt gezegd. Ten aanzien van tapgesprek A-3-24 wordt de taptolken verweten dat zij “
de zeer ontlastende uitspraak”
“you have his statement and everything”niet hebben opgenomen in de vertolking, terwijl de gesprekspartner van Baybaşin, Mayer, in werkelijkheid zegt: “
he have his papers and everything?”, op een moment dat Mayer nog in de onjuiste veronderstelling verkeert dat Baybaşin hem verzoekt iemand de VS binnen te brengen c.q. binnen te smokkelen.
medewerkers” of “
een agent” van de FBI, te weten de mededeling dat de verdenkingen tegen Baybaşin in de Kentucky-zaak ‘volgens de FBI’ moeten worden afgedaan als “
just nonsense”, presenteert de raadsvrouw als bronnen van informatie niets anders dan (1) de brief van een Brit die alleen
schrijfteen “
ongoing relationship with the U.S. FBI” te hebben, en (2) de print van een ‘hotmail’ van ene ‘Lasha George’, zonder ook maar enige verifieerbare contactgegevens die richting de FBI voeren.
zaak Baybaşin wordt gebruikt als drukmiddel teneinde in een andere zaak iets van de Turkse autoriteiten gedaan te krijgen”. Daarmee wordt volgens Çelebi de samenwerking tussen Nederland en Turkije in de strafzaak tegen Baybaşin blootgelegd. De in de IND-telefoonnotitie bedoelde ‘andere zaak’ zou de daden van Demmink betreffen die “
betrokken was in schandalen inzake seks die hij had met jonge kinderen en jongens”.
de verklaring van een hoge Turkse politieambtenaar”, volgens de raadsvrouw een klokkenluider, anoniem aangeduid als X1.
verklaartte hebben vernomen van een politieambtenaar die thans spoorloos is. Aytekin heeft deze klokkenluider naar zijn zeggen gesproken binnen vier weken nadat de raadsvrouw deze Aytekin schriftelijk had verzocht om informatie waarmee een herzieningsverzoek kon worden ondersteund. Er is geen enkele waarborg dat deze ‘verklaring van X1’ de authentieke, door Aytekin opgetekende verklaring betreft van een persoon die is wie hij zegt te zijn.
Conclusie
De aanpak
nietin de eerste plaats bekommerd om de vraag of een door de raadsvrouw als novum aangedragen gegeven op formele gronden tot herziening van de veroordeling zou kunnen leiden. Daarmee wilde ik vermijden dat ik in deze zaak, die raakt aan grote belangen voor de verzoeker tot herziening en waarin de integriteit van de rechtstaat ter discussie wordt gesteld, onbedoeld voorbij zou gaan aan eventuele reële aanwijzingen voor vervalsing van bewijsmateriaal door de Nederlandse politie.
Het nieuwe begrip ‘novum’
indien er sprake is van een gegeven dat bij het onderzoek op de terechtzitting aan de rechter niet bekend was en dat op zichzelf of in verband met de vroeger geleverde bewijzen met de uitspraak niet bestaanbaar schijnt, zodanig dat het ernstige vermoeden ontstaat dat indien dit gegeven bekend zou zijn geweest, het onderzoek van de zaak zou hebben geleid, hetzij tot een vrijspraak van de gewezen verdachte, hetzij tot een ontslag van alle rechtsvervolging, hetzij tot de niet-ontvankelijkverklaring van het openbaar ministerie, hetzij tot de toepassing van een minder zware strafbepaling.”
nietafkomstig zijn van een deskundige. Net zo min kunnen (nieuwe) interpretaties van feitenmateriaal worden geschaard onder het nieuwe wettelijke begrip ‘gegeven’ ingeval voor die interpretaties op zichzelf geen inbreng van specialistische kennis vereist is.