ECLI:NL:PHR:2012:BU5602
Parket bij de Hoge Raad
- M.J. Huydecoper
- Rechtspraak.nl
Huurrecht en de toepassing van art. 7:290 BW op aanhorigheden in bedrijfsruimte
In deze zaak gaat het om de vraag of een gehuurde ruimte, die door de huurder wordt gebruikt als opslag- en magazijnruimte voor een naastgelegen bouwmarkt, kan worden aangemerkt als bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:290 BW. De verzoekster, een bouwmarkt, huurde in 1990 een pand in Den Haag met de bestemming voor opslag- en magazijndoeleinden. De Gemeente Den Haag, die in 2007 eigenaar werd van het pand, heeft de huur opgezegd in verband met een nieuw stedenbouwkundig plan. De kantonrechter oordeelde in eerste aanleg dat de huurovereenkomst niet onder de bescherming van het huurrecht viel, omdat de verzoekster eigenaar was van de naastgelegen bouwmarkt en niet als huurder kon worden aangemerkt. Het hof bevestigde dit oordeel in hoger beroep, maar de Hoge Raad oordeelde dat het hof onjuist had geoordeeld.
De Hoge Raad benadrukte dat het niet noodzakelijk is dat de huurovereenkomst expliciet vermeldt dat de gehuurde ruimte als aanhorigheid van een bedrijfsruimte moet worden gebruikt. Het is voldoende dat de verhuurder ermee instemt dat de gehuurde ruimte samen met andere door de huurder gebruikte ruimten als bedrijfsruimte wordt aangemerkt. De Hoge Raad concludeerde dat de huurovereenkomst, ook al is de huurder eigenaar van de naastgelegen bedrijfsruimte, toch onder de bescherming van artikel 7:290 BW kan vallen, mits er een nauwe verbinding is tussen het gebruik van de gehuurde ruimte en de bedrijfsvoering van de huurder.
De conclusie van de Hoge Raad leidt tot de vernietiging van het bestreden arrest van het hof, waarmee de weg wordt geopend voor een bredere interpretatie van de bescherming van huurders van aanhorigheden in het kader van bedrijfsruimte. Dit arrest heeft belangrijke implicaties voor de huurrechtelijke bescherming van aanhorigheden die in verband staan met een bedrijfsruimte, en benadrukt de noodzaak voor verhuurders om zich bewust te zijn van de juridische gevolgen van hun huurovereenkomsten.