ECLI:NL:PHR:2008:BG5860
Parket bij de Hoge Raad
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van de beschikking inzake machtiging tot voortgezet verblijf in psychiatrisch ziekenhuis
In deze zaak gaat het om de vernietiging van een beschikking van de rechtbank te Assen, waarin een machtiging tot voortgezet verblijf van de verzoeker in een psychiatrisch ziekenhuis werd verleend. De officier van justitie had op 31 juli 2008 verzocht om deze machtiging, waarbij een geneeskundige verklaring was overgelegd van een psychiater die niet bij de behandeling betrokken was. De rechtbank heeft de zaak behandeld en op 29 augustus 2008 de machtiging verleend voor de duur van een jaar. De verzoeker heeft echter cassatie ingesteld, waarbij werd geklaagd dat de psychiater onvoldoende had gedaan om de verzoeker persoonlijk te onderzoeken.
De Hoge Raad oordeelt dat de rechtbank niet heeft vastgesteld of de psychiater heeft gedaan wat redelijkerwijs verwacht mocht worden om tot een persoonlijk onderzoek van de verzoeker te komen. De wet vereist dat de psychiater de betrokkene in direct contact spreekt en observeert. De rechtbank heeft niet aangetoond dat de psychiater aan deze vereisten heeft voldaan, en het is niet duidelijk op welke gronden de rechtbank de geneeskundige verklaring als voldoende basis voor de beslissing heeft beschouwd, ondanks het ontbreken van een persoonlijk onderzoek.
De Hoge Raad concludeert dat de bestreden beschikking niet in stand kan blijven, omdat de rechtbank niet heeft nagegaan of de psychiater heeft voldaan aan de wettelijke eisen voor het onderzoek. De zaak wordt terugverwezen naar de rechtbank te Assen voor verdere behandeling.