1 Ontleend aan rov. 2 van het tussenvonnis van de kantonrechter te Haarlem van 13 december 2000, waarvan het hof blijkens rov. 3 van het bestreden arrest ook is uitgegaan. Ik wijs tevens op rov. 4.1.1-4.1.4 van het hof (in cassatie evenmin omstreden).
2 Zie productie 1 bij CvE.
3 Met Amsterdam Airport Schiphol wordt kennelijk NVLS bedoeld (toevoeging A-G).
4 Het arrest is van 9 oktober 2003; de cassatiedagvaarding is uitgebracht op 8 januari 2004.
5 In alle onderdelen geeft het eerste subonderdeel de bestreden rechtsoverweging weer.
6 Het onderdeel haalt één stuk aan, namelijk productie 5 bij CvE.
7 Zie voetnoot 3.
8 Zie bijv. CvE onder 13 en 17, CvA in reconventie onder 3-4, MvG (p. 7 e.v.) onder I.3-I.6.
9 Zie met name MvA, ad grief I (p. 9 e.v.).
10 Zie in (de hierboven volledig weergegeven) rov. 4.3 met name: '[eiseres] meent dat zij op grond van de met HEMS gesloten overeenkomst(en) recht had op het ongestoorde genot van haar seafoodbars en dat dit genot door de verbouwingen is verstoord';
en zie in (de hierboven volledig weergegeven) rov. 4.4 met name: 'Het hof stelt het volgende voorop. [...] Inherent aan een exploitatie in een dergelijke [luchthaven-]omgeving is de mogelijkheid van een verplaatsing [...] door [...] bijvoorbeeld verbouwingen of herinrichting vanwege Schiphol [...]. Met die mogelijkheid had [eiseres] rekening te houden. Feiten of omstandigheden waaruit volgt dat zij op grond van de overeenkomst(en) met HEMS een door de ontwikkelingen noodzakelijk geworden verplaatsing van haar bars niet behoefde te aanvaarden, zijn niet of niet voldoende gesteld of gebleken. Wel volgt naar het oordeel van het hof uit de aard van de overeenkomst - en HEMS heeft dat ook niet (voldoende) weersproken - dat HEMS ingeval van een noodzakelijk geworden verplaatsing van de bars zich had in te spannen om [eiseres] een alternatieve locatie aan te bieden die zo veel als mogelijk gelijkwaardig was aan de aanvankelijke locatie'.
11 Het middel vermeldt ook geen vindplaats(en) in dit opzicht.
12 Zie pp. 1 en 2 van prod. 5 bij CvE (in het B-dossier gemakkelijker te vinden).
13 De beslissing om de overeenkomst met [eiseres] op te zeggen, toevoeging A-G.
14 Amsterdam Airport Schiphol, oftewel NVLS, toevoeging A-G.
15 Ik citeer: 'De tweede verklaring die wordt overgelegd betreft die van [betrokkene 2], Facility Manager van HEMS. [betrokkene 2] was destijds nauw betrokken bij de verplaatsingen van de seafood bars van JTS [= [eiseres], A-G]. Ook [betrokkene 2] geeft slechts een lezing van de gang van zaken rondom de verplaatsingen van de seafood bars van JTS. Voorzover deze lezing afwijkt van hetgeen JTS omtrent die gang van zaken heeft gesteld, wordt de inhoud daarvan uitdrukkelijk betwist. De verklaring van [betrokkene 2] kan overigens ook niet bijdragen aan het door HEMS te leveren bewijs dat HEMS geen enkele invloed kon uitoefenen op de verplaatsingen van de seafood bars. [Betrokkene 2] rept hier met geen woord over.'
16 Letterlijk: 'Laat HEMS toe te bewijzen dat alle verplaatsingen van de 'sea foodbars' in de jaren 1998, 1999 en 2000 zijn uitgevoerd op instructie van NVLS en dat zij daarop geen invloed kon uitoefenen.'
17 Het in feitelijke instanties door partijen gevoerde debat ziet ook op de feitelijke gang van zaken omtrent de verplaatsing van de seafoodbars en de (niet-)terugplaatsing (in de periode 1998-2000) alsmede op de aan de orde zijnde inspanningsverplichting van HEMS. Ik verwijs naar: CvE, onder 11 en 12, CvA, onder 3.8-3.12 en 3.19, MvG, onder 13, 14 en VIII.2 (pp. 14-15), MvA, tevens houdende incidenteel appel, ad [eiseres]'s grieven VII (p. 15) en VIII (pp. 15-16) en incidentele grieven IV-VI (pp. 19-21); en MvA in incidenteel appel, onder 33-38.
18 Ik citeer (p. 4): 'Anders dan HEMS meent brengen de concessie-overeenkomsten wel degelijk mee dat zij - voor zover dat binnen haar vermogen ligt [cursivering A-G] - aan [eiseres] bij verplaatsing van de 'sea foodbars' locaties ter beschikking stelt welke ten minste gelijk zijn aan de overeengekomen locaties.'
19 Ik citeer wederom (p. 1): 'HEMS is niet geslaagd in de bewijslevering. De verklaringen wijzen wel op inspanningen van HEMS gericht op het vinden van geschikte alternatieve locaties en/of het behoud van bepaalde locaties, (...).'
20 In het kader van de schadebegroting is de kantonrechter (op pp. 2-3) uitgebreid ingegaan op de verplaatsingen.
21 Ik citeer uit rov. 8: 'Uit de overgelegde verklaringen blijkt voorts dat terugplaatsing van de seafoodbars op de oude locaties niet mogelijk was.' Daarmee doelt het hof op de in rov. 4.7 genoemde verklaringen van [betrokkene 1], [betrokkene 4] en [betrokkene 3] (naast die van [betrokkene 2]).
22 CvA in reconventie, onder 5 en prod. 1, en MvG, onder 14 en de toelichting bij grief