ECLI:NL:PHR:2002:AE0657
Parket bij de Hoge Raad
- A.S. Hartkamp
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid voor hulppersonen in het kader van geldtransport en de toepassing van artikel 6:76 BW
In deze zaak gaat het om de aansprakelijkheid van Geldnet B.V. voor de daden van een hulppersoon, in dit geval een medewerker aangeduid als '[betrokkene]', tijdens een gewapende overval op 23 september 1995. Geldnet was verplicht om geld te vervoeren van verschillende filialen van Kwantum naar een geldtelcentrale. Tijdens deze operatie werd een deel van de opgehaalde gelden gestolen. Kwantum stelde Geldnet aansprakelijk voor wanprestatie en vorderde betaling van een aanzienlijk bedrag. Geldnet verweerde zich met een beroep op overmacht en betwistte dat '[betrokkene]' als hulppersoon in de zin van artikel 6:76 BW kon worden aangemerkt.
De rechtbank oordeelde dat Geldnet aansprakelijk was voor de tekortkoming, maar liet de toepasselijkheid van artikel 6:76 BW in het midden. In hoger beroep oordeelde het hof dat '[betrokkene]' wel degelijk als hulppersoon kon worden aangemerkt, omdat hij toegang had tot het depot en betrokken was bij de uitvoering van de vervoerovereenkomst. Geldnet ging in cassatie, waarbij de Hoge Raad de vraag behandelde of de aansprakelijkheid van Geldnet voor de daden van '[betrokkene]' terecht was vastgesteld.
De Hoge Raad concludeerde dat de klachten van Geldnet over de onjuiste rechtsopvatting van het hof terecht waren. De Hoge Raad benadrukte dat de aansprakelijkheid voor hulppersonen niet ruim moet worden opgevat en dat alleen die personen die daadwerkelijk zijn ingeschakeld bij de uitvoering van de verbintenis onder de aansprakelijkheid vallen. De zaak werd terugverwezen naar de feitenrechter voor verder onderzoek naar de uitleg van artikel 8:1098 BW, waarbij de Hoge Raad de eerdere oordelen van het hof en de rechtbank vernietigde.