ECLI:NL:PHR:2001:AD4903
Parket bij de Hoge Raad
- M.S. van Knippenberg
- Machielse
- Rechtspraak.nl
Herziening van een eerder arrest van de Hoge Raad inzake cassatie en de gevolgen van een administratieve vergissing
In deze zaak gaat het om de herziening van een eerder arrest van de Hoge Raad, waarin een administratieve vergissing is vastgesteld. De Hoge Raad had op 10 april 2001 een zogenaamde peek gewezen, waarin werd geconcludeerd dat er geen cassatieschriftuur was ingediend. Echter, later bleek dat er wel degelijk een tijdig ingediende cassatieschriftuur was ontvangen door de advocaat van de verdachte, mr. M.S. van Knippenberg. De vraag die aan de orde is, is welke gevolgen deze vergissing heeft voor de rechtsgang en of de Hoge Raad de eerder gewezen peek kan terugnemen of corrigeren.
De Advocaat-Generaal Machielse stelt dat er in het systeem van strafvordering geen expliciete basis is voor het terugnemen of verbeteren van een gegeven beslissing. Het Wetboek van Strafvordering biedt geen mogelijkheid voor herziening in gevallen van administratieve missers. De Hoge Raad heeft ambtshalve de zaak onderzocht en geen gronden voor cassatie aangetroffen. De vraag rijst of de Hoge Raad, gezien de omstandigheden, de eerdere beslissing kan herzien of dat dit een te rigoureuze ingreep zou zijn.
De conclusie van de Advocaat-Generaal is dat de Hoge Raad geen reden heeft om de eerder gewezen peek terug te nemen, omdat de klachten in de schriftuur niet van dien aard zijn dat ze tot vernietiging van het arrest zouden leiden. De zaak wordt besproken in het licht van de juridische achtergrond en de mogelijkheden voor herstel van fouten in het strafproces. De Advocaat-Generaal besluit de middelen alsnog te bespreken, maar niet in de vorm van een echte conclusie, aangezien de beslissing al genomen is. Dit biedt de mogelijkheid voor de steller van de schriftuur om te reageren op de opvattingen van de Advocaat-Generaal.