ECLI:NL:PHR:2000:AA7483
Parket bij de Hoge Raad
- mr. Spier
- Rechtspraak.nl
Weigering van verstek in civiele procedure tussen ING Bank NV en Stichting Toezicht Effectenverkeer
In deze zaak, die voor de Hoge Raad is behandeld, heeft ING Bank NV (hierna: ING) Stichting Toezicht Effectenverkeer (hierna: STE) opgeroepen om te verschijnen ter terechtzitting van de Hoge Raad op 12 mei 2000. De oproep vond plaats bij dagvaarding op 12 april 2000. Echter, volgens de rolkaart en het herstelexploit van 31 mei 2000 was deze zaak niet ingeschreven voor de rol van 12 mei 2000, waardoor de zaak niet heeft gediend. ING heeft vervolgens geprobeerd het verzuim te herstellen door STE opnieuw op te roepen voor de zitting van 9 juni 2000, waarop de zaak wel werd ingeschreven. STE is echter niet verschenen op deze zitting.
De Hoge Raad heeft in eerdere rechtspraak bepaald dat in gevallen zoals deze de hernieuwde oproep binnen veertien dagen na de oorspronkelijke rechtsdag moet plaatsvinden. In dit geval is de dagvaarding echter meer dan veertien dagen na de oorspronkelijke rechtsdag uitgebracht, wat te laat is. ING heeft in het herstelexploit geen redenen aangevoerd waarom deze termijn niet kon worden gehaald, wat het moeilijk maakt om te begrijpen waarom de termijn in dit geval te kort was.
Gelet op deze omstandigheden heeft de Hoge Raad geconcludeerd dat het verstek moet worden geweigerd. De conclusie van de Procureur-Generaal strekt dan ook tot weigering van het verstek, wat betekent dat de zaak niet verder behandeld zal worden in afwezigheid van STE.