ECLI:NL:PHR:1999:AA3883
Parket bij de Hoge Raad
- Mr. Hartkamp
- Rechtspraak.nl
Uitleg van een beheersovereenkomst en de gevolgen van wanprestatie
In deze zaak gaat het om een geschil tussen Transport Efficiency B.V. (eiseres) en een beheersvennootschap (verweerster) over de uitleg van een beheersovereenkomst en de gevolgen van wanprestatie. De partijen hebben in 1989 een beheersovereenkomst gesloten, waarbij verweerster als directeur van eiseres werd aangesteld. In de overeenkomst was ook een regeling voor een stockoptie opgenomen, maar de partijen zijn het oneens over de uitleg van deze regeling. Eiseres stelt dat de brief van 6 februari 1990 slechts een intentie vastlegde om tot een nadere regeling te komen, terwijl verweerster meent dat er een stockoptierecht is verleend. De rechtbank te Dordrecht heeft in een vonnis van 22 januari 1992 de vorderingen van verweerster afgewezen, omdat zij van mening was dat er geen bindende overeenkomst was gesloten. Verweerster ging in hoger beroep bij het Gerechtshof te 's-Gravenhage, dat in verschillende tussenarresten oordeelde dat er wel degelijk sprake was van een voorovereenkomst. Het hof oordeelde dat de partijen een overeenkomst tot stand zouden brengen, maar dat de details nog niet waren vastgesteld. Uiteindelijk heeft het hof geoordeeld dat eiseres wanprestatie heeft gepleegd door de voorovereenkomst niet na te komen, en dat verweerster recht heeft op schadevergoeding. Eiseres heeft cassatieberoep ingesteld tegen de arresten van het hof, maar de klachten werden afgewezen. De Hoge Raad bevestigde de oordelen van het hof en oordeelde dat de uitleg van de overeenkomst aan het hof was voorbehouden en niet onbegrijpelijk was.