ECLI:NL:PHR:1999:AA3875
Parket bij de Hoge Raad
- M. de Vries Lentsch - Kostense
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid van Mega Staalbouw voor ongeval met stalen balken op bedrijfsterrein en de dekking van de aansprakelijkheidsverzekering
In deze zaak gaat het om de aansprakelijkheid van Mega Staalbouw B.V. voor een ongeval dat plaatsvond op 6 november 1991, waarbij een werknemer, aangeduid als [slachtoffer], ernstig letsel opliep door vallende stalen balken. De Kantonrechter had eerder geoordeeld dat Mega Staalbouw aansprakelijk was voor de schade van [slachtoffer] op basis van artikel 7A:1638x (oud) BW. Mega Staalbouw heeft haar verzekeraar, Klaverblad Verzekeringsmaatschappij N.V., in vrijwaring opgeroepen. De centrale vraag in het vrijwaringsgeding is of de aansprakelijkheid van Mega Staalbouw onder de dekking van de aansprakelijkheidsverzekering voor bedrijven (AVB) valt, gezien de uitsluiting van aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door motorrijtuigen volgens de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (WAM). De Rechtbank oordeelde dat de aansprakelijkheid van Mega Staalbouw onder de WAM valt, waardoor de AVB niet van toepassing is. Dit oordeel werd bestreden in cassatie, waarbij de eisers tot cassatie betoogden dat de kar, die als aanhangwagen fungeerde, veilig buiten het verkeer tot stilstand was gekomen en dat het ongeval niet als een verkeersongeval kan worden beschouwd. De Hoge Raad bevestigde echter het oordeel van de Rechtbank, dat de kar niet veilig buiten het verkeer tot stilstand was gekomen en dat het ongeval als een verkeersongeval moet worden aangemerkt, waardoor de aansprakelijkheid onder de WAM valt. De conclusie van de Procureur-Generaal strekt tot verwerping van het cassatieberoep.