ECLI:NL:PHR:1999:AA3370
Parket bij de Hoge Raad
- M. Mok
- Rechtspraak.nl
Civielrechtelijke aansprakelijkheid van de Staat voor vertraging bij belastingteruggave na cessie van vorderingen
In deze zaak gaat het om de civielrechtelijke aansprakelijkheid van de Staat, vertegenwoordigd door het Ministerie van Financiën, voor de vertraging bij de afhandeling van belastingteruggaven aan de besloten vennootschap Sport en Spel Aalsmeer B.V. (hierna: Sport en Spel). Sport en Spel had in 1980 aangiften vennootschapsbelasting gedaan, maar de inspecteur van de vennootschapsbelasting besloot geen aanslagen op te leggen. Na bezwaar van Sport en Spel werden de investeringsbijdragen alsnog toegekend, maar de uitbetaling aan de cessionaris, [eiseres], vond pas later plaats. [Eiseres] vorderde compensatoire interesten van de Staat wegens de vertraging in de uitbetaling, stellende dat de Staat aansprakelijk was voor de onrechtmatige daad van de inspecteur.
De rechtbank in Den Haag wees de vordering van [eiseres] af, met de overweging dat de aansprakelijkheid van de Staat enkel jegens Sport en Spel bestond en niet jegens [eiseres]. Het gerechtshof in Den Haag bekrachtigde dit vonnis. [Eiseres] stelde cassatie in, waarbij zij betoogde dat de cessie van de vorderingen aan haar ook de vordering uit onrechtmatige daad met zich meebracht. De Hoge Raad oordeelde dat de overdracht van het vorderingsrecht aan de cessionaris niet betekent dat deze in de plaats van de cedent treedt in de rechtsverhouding met de schuldenaar. De Hoge Raad concludeerde dat [eiseres] de schade die zij stelt te hebben geleden, moet verhalen op Sport en Spel, en dat de uitbetaling van de investeringsbijdragen binnen een redelijke termijn heeft plaatsgevonden.
De Hoge Raad verwierp het beroep van [eiseres] en bevestigde de eerdere uitspraken van de lagere rechters, waarbij werd benadrukt dat de aansprakelijkheid van de Staat niet van toepassing was op de vorderingen van [eiseres] en dat de cessionaris niet zonder meer in de rechten van de cedent kan treden in de rechtsverhouding met de fiscus.