ECLI:NL:PHR:1997:27
Parket bij de Hoge Raad
- Mr. Machielse
- Rechtspraak.nl
Beslag op inbeslaggenomen motorkruiser en teruggave aan verzoeker in faillissement
In deze zaak heeft de rechtbank te Alkmaar op 15 mei 1997 het klaagschrift van verzoeker ongegrond verklaard. Verzoeker had gevraagd om teruggave van een inbeslaggenomen motorkruiser, maar zowel zijn verzoek als het verzoek van de curator in het faillissement van [betrokkene 1] om het schip aan hem af te geven, zijn afgewezen. Hierdoor is er geen last tot teruggave aan iemand uitgebleven. Mr. S.A. Krenning, advocaat te Schagen, heeft een schriftuur ingediend met één middel van cassatie. Dit middel stelt dat het strafrechtelijk beslag niet meer bestaat, maar dat de officier van justitie verzoeker niet in staat stelt om weer vrijelijk over het schip te beschikken. Dit zou in strijd zijn met artikel 116 lid 1 van het Wetboek van Strafvordering (Sv). De conclusie van de procureur-generaal is dat er geen grond is voor vernietiging van de eerdere uitspraak.
Een complicatie in deze zaak is dat er niet alleen strafrechtelijk beslag op het schip was gelegd, maar ook conservatoir beslag door de curator in het faillissement van [betrokkene 1]. Dit conservatoir beslag blijft bestaan, waardoor ook artikel 119 lid 4 Sv van belang is. Dit artikel bepaalt dat de bewaarder voorwerpen niet teruggeeft zolang er een beslag op rust, gelegd door een derde onder hem. De wetgever heeft beoogd te voorkomen dat de teruggave van een voorwerp aan de beslagene de mogelijkheden voor derden om hun beslag te effectueren zou doorkruisen. In dit geval heeft de curator stappen ondernomen om te zorgen dat het schip niet aan verzoeker, maar aan hem zou worden afgegeven. De rechtbank heeft terecht geoordeeld dat het civiele beslag niet mocht worden gefrustreerd en daarom geen teruggave aan verzoeker gelast. Het middel faalt.