ECLI:NL:PHR:1990:AN1176
Parket bij de Hoge Raad
- M.J. de Vries
- Rechtspraak.nl
Het gebruik van privaatrecht door de overheid in het kader van de Woonwagenwet
In deze zaak gaat het om de vraag of de gemeente Helmond privaatrechtelijke middelen kan aanwenden om woonwagens van eiseres te verwijderen van een terrein dat bestemd is voor kermisexploitanten. Eiseres, die niet tot deze groep behoort, heeft haar caravans en bedrijfswagens op het terrein geplaatst zonder toestemming. De gemeente heeft eiseres in kort geding gedagvaard en de president van de rechtbank heeft de vordering tot ontruiming toegewezen. Eiseres heeft hiertegen hoger beroep ingesteld, maar het gerechtshof heeft het vonnis van de president bekrachtigd. In cassatie wordt betoogd dat de gemeente niet privaatrechtelijk kan optreden, omdat de Woonwagenwet een uitputtende regeling biedt voor het overheidsoptreden. De Procureur-Generaal stelt dat de gemeente niet vrijstaat om langs privaatrechtelijke weg tot verwijdering over te gaan, omdat de wetgever met de Woonwagenwet een exclusieve regeling heeft gecreëerd. De Hoge Raad moet zich buigen over de vraag of de gemeente de woonwagens van eiseres kan verwijderen zonder dat er een ontheffing is verleend, en of de privaatrechtelijke weg in dit geval toelaatbaar is. De conclusie van de Procureur-Generaal is dat de zaak moet worden vernietigd en terugverwezen naar een ander hof voor verdere behandeling.