Conclusie
naderexploit heeft miskend omdat dit exploit niet diende ter vervanging van de eerder uitgebrachte dagvaarding, maar ter correctie ervan in die zin dat in de eerder – tijdig – uitgebrachte dagvaarding in plaats van de aanvankelijk foute aanzegging en petitum (betreffende de conventionele beslissing) een verbeterde aanzegging en petitum (betreffende de reconventionele beslissing) wordt gelezen; althans dat ’s hofs oordeel dienaangaande ongenoegzaam begrijpelijk is gemotiveerd.
kennelijkevergissing, d.w.z. een mededeling waarvan de wederpartij zonder meer had kunnen begrijpen dat deze op een vergissing berustte. Het is immers niet uitgesloten dat de raadsman van [eiseres] van een onjuiste rechtsopvatting is uitgegaan: hij kan hebben miskend (hij zal dan niet de enige zijn) dat in het in de conventie berechte geval niet gold de hoofdregel van art. 337 Rv., dat van een interlocutoir vonnis appèl mogelijk is tegelijk met het eindvonnis, maar juist de uitzondering op die regel, inhoudend dat beslissingen in een vonnis, waarbij de rechter aan het proces omtrent enig deel van het gevorderde door een uitdrukkelijk dictum een eind heeft gemaakt, van dat vonnis in zoverre een eindvonnis maken, dat na verloop van de appèltermijn zelfstandig in gewijsde gaat (zie Hugenholtz-Heemskerk, 1988 nrs. 83 en 181, Burgerlijke Rechtsvordering (H.L. Wedeven) art. 337 aant. 1 t/m 3). Weliswaar is juist de stelling van [eiseres], dat het in dit geval zinloos was een appèlexploit uit te brengen m.b.t. de vordering in conventie die reeds kracht van gewijsde had, maar datzelfde geldt voor ieder processtuk dat op een onjuiste rechtsopvatting berust. Van een aan (de raadsman van) [verweerster] zonder meer kenbare ‘’vergissing’’ kan men m.i. derhalve niet spreken. Ook ben ik het volstrekt eens met de stelling van de raadsman van [eiseres] dat het onbillijk is een partij de dupe te laten worden van een fout van zijn raadsman; dit is in ons stelsel echter veelal onvermijdelijk, en in elk geval is het minder onbillijk dan indien de wederpartij voor die fout zou moeten boeten.