Conclusie
dat(cursivering van mij; L.) geen extra quantiteiten klinker zijn ingekocht.’’
of. Het hof heeft, naar ik aanneem op grond mede daarvan en van het bij memorie van grieven onder 18 aangevoerde: ‘’Ook is juist dat niet gesteld kan worden dat in 1969 extra quantiteiten ingekocht zijn’’, vastgesteld — en kunnen vaststellen — wat hiervoor onder 2 en 3 is weergegeven. Dat veel oudere stukken als de conclusie van repliek in eerste aanleg en een brief van het accountantskantoor Moret en Limperg van 3 mei 1971 daarmee niet
geheelsporen behoefde het hof er niet van te weerhouden tot deze vaststelling te komen.
of enkele jaren(cursivering van mij; L.) klinker te kopen’’ en aldus koop van klinker
na 1969— als gevolg van het evenement — openlaat, zou ik er op willen wijzen, dat het hof aan die vage stelling (die m.i. ook niet logisch uit het voorgaande voortvloeit) voorbij mocht gaan, gelet op de concrete stellingen van E.N.C.I. zelf, bij memorie van grieven nrs. 15 en 18.
nietvermeldt:
in sommigegevallen bij het vaststellen der schadevergoeding goede diensten kan bewijzen.’’
in het algemeende schade is van een schuldeiser die in een gelijksoortige positie verkeert als de eiser in het geding. De schade wordt dan gelijk gesteld met de op objectieve wijze berekende vermindering die het vermogen van degene jegens wie de aansprakelijkheid bestaat heeft ondergaan.’’
bedraggeheel gebaseerd is op de abstracte schadeberekening en aangeeft hoe groot in het algemeen de schade is, die iemand, verkerende in de positie van E.N.C.I. zou lijden (vaste kosten en winst).
zijn derde onderdeelover het feit dat het hof in zijn rechtsoverwegingen 6 en 7 heeft vastgesteld dat E.N.C.I. geen enkel werkelijke, concrete schade heeft gesteld.
blijkt, maar toch aannemelijk wordt, dat
zéérabstracte schadeberekeningsmethode voorstaat, die om met Hartkamp te spreken
gehééluit het oog verliest, dat ‘’zij moeilijk in overeenstemming kan worden gebracht met het vooropgezette beginsel, dat de
in werkelijkheidgeleden schade moet worden vergoed’’ (blz. 311).
1, blz. 80 J.H.B.).
zeervage norm — een tot in details geordend systeem zal moeten gaan opbouwen.
nietgeleden heeft, maar die mensen in de omstandigheden van die wederpartij in het algemeen in zo'n geval wel zouden lijden. Waarom kan iemand die zelf horloge-reparateur is, bij schade aan zijn horloge dat hij zelf herstelt (en ter beperking van de schade zelf herstellen moet) toch het officieel tarief in rekening brengen? Zulk een aansprakelijke heeft natuurlijk geluk, maar vloeit aansprakelijkheid niet vaak uit ‘’pech’’ voort en gaat het er bij schadevergoeding eigenlijk niet om dat de gedupeerde geen schade lijdt? Veel minder moeite heb ik met de objectieve schadevergoeding ten behoeve van wie een deuk in zijn auto laat zitten of zelf provisorisch wat opknapt. Want zo iemand blijft met een waardevermindering zitten.
ooitverkocht.