ECLI:NL:ORBBNAA:2006:BT6186
Raad van Beroep voor Belastingzaken (Nederlandse Antillen en Aruba)
- Eerste aanleg - meervoudig
- J. Drop
- A. Groeneveld
- P. Overgaauw
- Rechtspraak.nl
Vergoeding proceskosten en tekortschieten van regelgeving door de overheid
In deze zaak, behandeld door de Raad van Beroep voor Belastingzaken op 24 maart 2006, stond de vergoeding van proceskosten centraal. De belanghebbende, aangeduid als [X], had eerder in de procedure gelijk gekregen van de rechter op 24 juni 2005. Na deze uitspraak verzocht de gemachtigde van de belanghebbende om vergoeding van de proceskosten. De Raad oordeelde dat een verzoek om vergoeding van kosten binnen een redelijke termijn na afloop van de procedure kan worden ingediend, aangezien de regeling uitgaat van een door de rechter gedane uitspraak.
De Inspecteur der Belastingen op Aruba voerde aan dat het onterecht zou zijn dat de belastingdienst zou moeten opdraaien voor tekortschietende regelgeving. De Raad was van mening dat de verantwoordelijkheid voor tekortkomingen in de regelgeving bij de overheid ligt, die verantwoordelijk is voor de totstandkoming van die regelgeving. Dit leidde tot de conclusie dat de kosten van de procedure in redelijkheid vastgesteld moesten worden.
De Raad besloot dat de proceskosten vastgesteld werden op Afl. 3000,- en droeg de Inspecteur op dit bedrag aan de belanghebbende te voldoen. De beslissing werd genomen in raadkamer, waarbij de rechters J. Drop, A. Groeneveld en P. Overgaauw aanwezig waren, samen met de secretaris mevrouw S. Rasmijn. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van de overheid in gevallen van tekortschietende regelgeving en de mogelijkheid voor belanghebbenden om proceskosten te vorderen na een uitspraak.