ECLI:NL:ORBBNAA:2005:BI3325

Raad van Beroep voor Belastingzaken (Nederlandse Antillen en Aruba)

Datum uitspraak
25 april 2005
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
2003/666-670
Instantie
Raad van Beroep voor Belastingzaken (Nederlandse Antillen en Aruba)
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • A. van Gijn
  • J. van Ballegooijen
  • M. van Muijen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Termijnoverschrijding en risico van faxindiening in belastingzaken

In deze zaak heeft de Raad van Beroep voor Belastingzaken (Nederlandse Antillen en Aruba) op 25 april 2005 uitspraak gedaan over de ontvankelijkheid van beroepschriften die door appellante zijn ingediend tegen beslissingen van de Inspecteur met betrekking tot navorderingsaanslagen winstbelasting over de jaren 1998 tot en met 2000. Appellante had op 20 november 2003 beroep ingesteld, maar dit was buiten de wettelijke termijn van twee maanden, zoals voorgeschreven door artikel 36 van de Landsverordening winstbelasting. Appellante stelde dat zij op 16 september 2003 per fax beroepschriften had ingediend, maar deze faxberichten waren niet bij de Raad bekend. De Raad oordeelde dat het risico van het gebruik van een faxapparaat voor de indiening van een beroepschrift bij appellante ligt. De Raad heeft vastgesteld dat er geen redenen waren voor het verlenen van een termijnoverschrijding, en verklaarde de beroepen niet-ontvankelijk. Dit oordeel werd herhaald voor de verschillende belastingjaren, waarbij telkens werd vastgesteld dat de beroepschriften te laat waren ingediend. De Raad benadrukte dat het ontbreken van een beschikking op bezwaar niet leidde tot ontvankelijkheid van het beroep tegen de vermeende beschikking, aangezien er geen beschikking was gegeven. De uitspraak onderstreept het belang van tijdige indiening van beroepschriften en de risico's verbonden aan het gebruik van fax voor deze doeleinden.

Uitspraak

BESCHIKKING RAAD VAN BEROEP
Vindplaats          2003/666-670
Datum                25 april 2005
Rechters             Van Gijn, Van Ballegooijen en Van Muijen
Middel                 winstbelasting
Artikel                 Artikel 19 ALB
Belastingjaar      1998-2000
Plaats                 Aruba
Essentie             Termijnoverschrijding en (on)voorschoonbaarheid. Het risico van het
 gebruik van een faxapparaat voor de indiening van een beroepschrift ligt bij
 appellante.
1. Loop van de gedingen
1.1. Bij brieven, bij de Raad ingekomen op 20 november 2003, heeft appellant bij de Raad beroepen ingesteld tegen de beslissingen van de Inspecteur van 17 juli 2003, op de bezwaren van appellante tegen de definitieve dan wel navorderingsaanslagen winstbelasting van de Inspecteur over de jaren 1998 tot en met 2000. De Inspecteur heeft op 7 april 2005 ter zake vertoogschriften ingediend.
1.2. De beroepen zijn behandeld ter zitting van de Raad op 14 april 2005. Appellante heeft zich doen vertegenwoordigen door Drs. A. De Inspecteur, mw. mr. B, is verschenen.
2. Beoordeling
1998 (reg.nrs. 666 en 670)
Tegen de aanslag van 7 april 2000 heeft appellante tijdig bezwaar gemaakt, waarop door de Inspecteur niet is beschikt. Wel heeft de Inspecteur op 17 juli 2003 een navorderingsaanslag opgelegd.
Er zijn twee beroepschriften ingediend: tegen de navorderingsaanslag als zodanig en tegen de uit die aanslag naar het oordeel van appellante blijkende beschikking op bezwaar.
De beroepen zijn bij de Raad ingekomen op 20 november 2003, derhalve buiten de wettelijke beroepstermijn van twee maanden overeenkomstig het destijds toepasselijke artikel 36 van de Landsverordening winstbelasting.
Appellante stelt op 16 september 2003 tegen de navorderingsaanslag in beroep te zijn gekomen door toezending van twee beroepschriften per fax. Zodanige faxberichten zijn bij de Raad niet bekend. Een tweetal beroepschriften met datum 16 september 2003 is bij het Gerecht in eerste aanleg van Aruba ingeboekt op 20 november 2003.
Van tot verschoning van de termijnoverschrijding aanleiding gevende redenen is de Raad niet gebleken. Het risico van het gebruik van een faxapparaat voor de indiening van een beroepschrift ligt voorts bij appellante.
Het beroepschrift tegen de vermeende beschikking op bezwaar is overigens, nu geen beschikking op bezwaar is gegeven, niet-ontvankelijk.
De beroepen zijn op grond van het vorenstaande niet-ontvankelijk.
1999 (reg. nr. 669)
Tegen de aanslag van 21 maart 2002 heeft appellante tijdig bezwaar gemaakt, waarop door de Inspecteur is beschikt op 17 juli 2003; daarbij is de aanslag verminderd.
Bij de Raad is het beroep daartegen ingekomen op 20 november 2003, derhalve buiten de wettelijke beroepstermijn van twee maanden overeenkomstig het destijds toepasselijke artikel 36 van de Landsverordening winstbelasting.
Appellante stelt op 16 september 2003 tegen de navorderingsaanslag per fax in beroep te zijn gekomen. Zodanig faxbericht is bij de Raad niet bekend. Een beroepschrift met datum 16 september 2003 is bij het Gerecht in eerste aanleg van Aruba ingeboekt op 20 november 2003.
Van tot verschoning van de termijnoverschrijding aanleiding gevende redenen is de Raad niet gebleken. Het risico van het gebruik van een faxapparaat voor de indiening van een beroepschrift ligt voorts bij appellante.
Het beroep is op grond van het vorenstaande niet-ontvankelijk.
2000 (reg.nrs. 667-668)
Tegen de aanslag van 21 maart 2002 heeft appellante tijdig bezwaar gemaakt, waarop door de Inspecteur niet is beschikt. Wel heeft de Inspecteur op 17 juli 2003 een navorderingsaanslag opgelegd.
Er zijn twee beroepschriften ingediend: tegen de navorderingsaanslag als zodanig en tegen de uit die aanslag naar het oordeel van appellante blijkende beschikking op bezwaar.
De beroepen zijn bij de Raad ingekomen op 20 november 2003 en derhalve buiten de wettelijke beroepstermijn van twee maanden overeenkomstig het destijds toepasselijke artikel 36 van de Landsverordening winstbelasting.
Overigens idem als hiervoor met betrekking tot 1998 overwogen.
3. Beslissing
De Raad verklaart de beroepen niet-ontvankelijk.