ECLI:NL:ORBBNAA:1999:BU9667
Raad van Beroep voor Belastingzaken (Nederlandse Antillen en Aruba)
- Eerste aanleg - meervoudig
- A.W.M. Bijloos
- J.W. Ilsink
- C.W.M. van Ballegooijen
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid van bezwaar tegen belastingheffing en rechtsmiddelverwijzing
In deze zaak, behandeld door de Raad van Beroep voor Belastingzaken op 15 oktober 1999, staat de ontvankelijkheid van een bezwaar tegen belastingheffing centraal. De belanghebbende had een bezwaarschrift ingediend tegen een kennisgeving van heffing, maar dit was na de wettelijke bezwaartermijn. De Raad oordeelt dat de termijnoverschrijding verschoonbaar is, tenzij de indiener verweten kan worden dat hij de termijn onbenut heeft gelaten. De Raad verwijst naar zijn eerdere beschikking van 22 februari 1999, waarin partijen de gelegenheid kregen om schriftelijk te reageren. Beide partijen hebben gebruik gemaakt van deze gelegenheid en hun standpunten toegelicht. Tijdens de mondelinge behandeling op 19 april 1999 zijn beide partijen verschenen en hebben zij pleitnota's overgelegd.
De Raad concludeert dat het Bestuurscollege heeft erkend dat de kennisgevingen niet waren voorzien van een rechtsmiddelverwijzing, wat in strijd is met het zorgvuldigheidsbeginsel. De Raad stelt vast dat de belanghebbende de kennisgevingen heeft ontvangen, maar dat zij niet adequaat heeft gereageerd. De Raad oordeelt dat de belanghebbende had moeten begrijpen dat zij tegen de kennisgevingen kon reclameren. Het lange stilzitten van de belanghebbende leidt tot de conclusie dat zij de bezwaartermijn onbenut heeft gelaten. Daarom verklaart de Raad het beroep ongegrond en bevestigt de beslissing van het Bestuurscollege om de belanghebbende niet-ontvankelijk te verklaren in haar bezwaar.