ECLI:NL:ORBBNAA:1995:BU4919

Raad van Beroep voor Belastingzaken (Nederlandse Antillen en Aruba)

Datum uitspraak
31 januari 1995
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
1994-016
Instantie
Raad van Beroep voor Belastingzaken (Nederlandse Antillen en Aruba)
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • M. Warnink
  • J. Moltmaker
  • Th. Groeneveld
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Navorderingsaanslag inkomstenbelasting 1988 en de bewijslast bij correcties door de inspecteur

In deze zaak gaat het om een navorderingsaanslag inkomstenbelasting voor het belastingjaar 1988, opgelegd aan belanghebbende X. De inspecteur heeft op 30 december 1993 een navorderingsaanslag opgelegd, waarbij een tabelinkomen van Naf. 340.997,- is vastgesteld. X heeft hiertegen tijdig beroep ingesteld bij de Raad van Beroep voor Belastingzaken. Tijdens de zitting op 27 september 1994 zijn zowel de gemachtigde van X als de inspecteur verschenen. De gemachtigde heeft een pleitnota en een controle-rapport overgelegd, waaruit blijkt dat de inspecteur zijn correcties niet voldoende heeft onderbouwd.

De Raad heeft vastgesteld dat X een eenmanszaak exploiteert en dat het geschil draait om de vraag of de door de inspecteur aangebrachte correcties terecht zijn. X betwist de correcties en stelt dat de bewijslast bij de inspecteur ligt. De inspecteur heeft zijn standpunt voornamelijk onderbouwd met het BAB-rapport, maar heeft niet voldoende bewijs geleverd voor de correcties. De Raad heeft de navorderingsaanslag uiteindelijk verminderd tot een belastbaar bedrag van Naf. 280.109,-, waarbij de Raad heeft geoordeeld dat de inspecteur niet in zijn bewijsvoering is geslaagd voor de meeste correcties, behalve voor de correctie op abonnementen en donaties, die terecht is aangebracht.

De uitspraak benadrukt het belang van de bewijslast bij navorderingsaanslagen en de noodzaak voor de inspecteur om zijn correcties adequaat te onderbouwen. De Raad heeft de inspecteur in de meeste gevallen niet in zijn gelijk gesteld, wat leidt tot een vermindering van de navorderingsaanslag.

Uitspraak

Beschikking van 31 januari 1995, nr. 1994-016
DE RAAD VAN BEROEP VOOR BELASTINGZAKEN
zitting houdende in Curacao,
inzake:
belanghebbende
tegen
de Inspecteur der Belastingen
1. Loop van het geding:
1.1. Aan X is op 30 december 1993 een navorderingsaanslag inkomstenbelasting 1988 opgelegd, naar een tabelinkomen van Naf. 340.997,-.
1.2. Tegen deze beschikking heeft X bij beroepsschrift, bij de Raad ingekomen op 1 februari 1994, mitsdien tijdig, beroep ingesteld.
1.3. De Inspecteur heeft een vertoogschrift ingediend.
1.4. De zaak is behandeld ter zitting van de Raad op 27 september 1994, waar zijn verschenen de gemachtigde van X alsmede de Inspecteur. Gemachtigde heeft een pleitnota voorgedragen en overgelegd en heeft het rapport van het Belastingaccountantsbureau overgelegd, behelzende de uitkomsten van het onderzoek naar de aangiften inkomstenbelasting over de jaren 1988 tot en met 1990 van X (hierna: het controle-rapport). De Inspecteur heeft zijn standpunt nader mondeling toegelicht en heeft zich uitgelaten over de pleitnota.
2. Vaststaande feiten:
Op grond van de stukken van het geding en het ter zitting verhandelde is, als tussen partijen niet in geschil, dan wel door één van hen gesteld en door de wederpartij niet of niet voldoende weersproken, het volgende komen vast te staan.
2.1. X exploiteert in de vorm van een eenmanszaak een winkel in ijzerwaren en vloerbedekking, een handel in bouwmaterialen, alsmede agenturen.
2.2. De Inspecteur heeft nagevorderd terzake van de volgende correcties:
Persoonlijke uitgaven onder onkosten:
privé levensverzekeringen Naf. 14.666,20
politieke partij, golfclub, yachtclub - 15.045,30
entertainment - 7.757,40
privé auto's - 2.735,50
kosten abonnementen en donaties niet aannemelijk gemaakt - 12.210,60
verschil sociale lasten - 14.374,70
niet aangegeven A.O.V. uitkering - 6.312,00
Totaal der correcties Naf. 73.099,00
GEEN DUIDELIJK OVERZICHT CENTEN
2.3. De Inspecteur baseert zijn correcties op het BAB-rapport, welk rapport door X ter zitting is overgelegd.
3. Geschil:
Het geschil betreft de vraag of voormelde correcties terecht zijn aangebracht.
4. Standpunten van partijen:
4.1. X stelt zich op het standpunt dat de Inspecteur ten aanzien van een aantal posten heeft nagevorderd zonder over een nieuw feit te beschikken dat navordering rechtvaardigt, zo mede dat de bewijslast ten aanzien van de correcties op de Inspecteur rust en dat deze er niet in is geslaagd het vereiste bewijs te leveren.
4.2. De Inspecteur verwijst ter ondersteuning van zijn standpunt in hoofdzaak naar het BAB-rapport.
4.3. Met betrekking tot de standpunten van partijen ten aanzien van de hierna onder 5 afzonderlijk omschreven posten zij verwezen naar het aldaar gestelde.
5. Overwegingen omtrent het geschil:
5.1. Privé levensverzekeringen
X heeft deze correctie gemotiveerd bestreden, daartoe stellende dat de litigieuze kosten betreffen premies voor uitvaartverzekeringen voor werknemers, alsmede ziektekosten betaald voor de zoon van X die werknemer is van X. De Inspecteur heeft de correctie niet nader toegelicht. Naar het oordeel van de Raad heeft de Inspecteur tegenover de gemotiveerde betwisting van X de correctie onvoldoende aannemelijk gemaakt, zodat deze moet vervallen.
5.2. Politieke partijen, clubs
X heeft gemotiveerd gesteld dat hij alle politieke partijen sponsort teneinde zijn zakelijke contacten met de overheid te bevorderen. De Inspecteur heeft de correctie niet nader toegelicht. Naar het oordeel van de Raad heeft de Inspecteur tegenover de gemotiveerde betwisting van X de correctie onvoldoende aannemelijk gemaakt, zodat deze moet vervallen. Ten aanzien van de correcties lidmaatschappen yacht en golfclub heeft X gesteld dat deze lidmaatschappen dienen om buitenlandse zaken relaties te vermaken. De Inspecteur heeft de correcties niet nader toegelicht. Naar het oordeel van de Raad heeft de Inspecteur tegenover de gemotiveerde betwisting van X de correcties onvoldoende aannemelijk gemaakt, zodat deze moeten vervallen.
5.3. Entertainment
X heeft gemotiveerd gesteld dat hij deze kosten gemaakt heeft om relaties te vermaken. De Inspecteur heeft de correctie niet nader toegelicht. Naar het oordeel van de Raad heeft de Inspecteur tegenover de gemotiveerde betwisting van X de correctie onvoldoende aannemelijk gemaakt, zodat deze moet vervallen.
5.4. Privé-auto's
X heeft gemotiveerd gesteld dat de correctie waarschijnlijk betrekking heeft op de kosten van de privé-auto van de zoon van X welke voor rekening van de zaak gekomen zijn. X heeft naar zijn stelling deze kosten betaald ten behoeve van de zoon als werknemer. De Inspecteur heeft de correctie niet nader toegelicht. Naar het oordeel van de Raad heeft de Inspecteur tegenover de gemotiveerde betwisting van X de correctie onvoldoende aannemelijk gemaakt, zodat deze moet vervallen.
5.5. Abonnementen/donaties
X erkent dat de correctie uitgaven betreft die niet gedekt zijn door bescheiden. Derhalve heeft de Inspecteur de correctie terecht aangebracht. De stelling van X dat de grootte van zijn omzet de totale kostenpost, derhalve inclusief het gecorrigeerde bedrag, rechtvaardigt, doet daar niet aan af.
5.6. Sociale lasten
X bestrijdt deze correctie stellende dat hij geen aanknopingspunt vindt tussen de correctie en de jaarrekening. De Inspecteur heeft de correctie trachten te onderbouwen met een verwijzing naar het BAB-rapport. Het BAB-rapport bevat echter op deze correctie geen enkele toelichting. Naar het oordeel van de Raad heeft de Inspecteur onvoldoende gesteld om de aangebrachte correctie te rechtvaardigen, zodat deze moet vervallen.
5.7. A.O.V. - uitkering
X heeft gemotiveerd gesteld dat hij geen A.O.V. -uitkering heeft aangevraagd en derhalve geen uitkering heeft ontvangen. De Inspecteur heeft de correctie niet nader toegelicht. Naar het oordeel van de Raad heeft de Inspecteur de correctie onvoldoende aannemelijk gemaakt, zodat zijn dient te vervallen.
5.8. Recapitulatie
Op grond van hetgeen door de Raad onder 5.1 tot en met 5.7 is overwogen dient het belastbaar bedrag voor 1988 als volgt te worden berekend:
aangegeven zuiver inkomen NAf. 267.899,- correctie abonnementen/donaties - 12.210,- belastbaar bedrag NAf. 280.109,6. Beslissing:
De Raad vermindert de navorderingsaanslag tot een bedrag berekend over een belastbaar bedrag van NAf. 280.109,-.
mrs. Warnink, Moltmaker en Th. Groeneveld