ECLI:NL:ORBBNAA:1991:BU4688
Raad van Beroep voor Belastingzaken (Nederlandse Antillen en Aruba)
- Eerste aanleg - meervoudig
- E.J. Numann
- J.K. Moltmaker
- J.W. van den Berge
- Rechtspraak.nl
Inkomstenbelasting en belastingjaar 1985: beoordeling van aanslag en bijzondere uitkering
In deze zaak gaat het om een geschil tussen X en de Inspecteur der Belastingen over een definitieve aanslag inkomstenbelasting voor het belastingjaar 1985. X ontving op 19 oktober 1989 een aanslag van Naf. 144.871, na verrekening van loonbelasting resteerde een te betalen bedrag van Naf. 23.658,96. De Inspecteur wees het bezwaarschrift van X af op 17 juli 1990, met de motivering dat het aangiftebiljet foutief was ingevuld. X stelde in zijn beroepschrift dat het recht op een eenmalige uitkering in verband met bedrijfssluiting in oktober 1985 was ontstaan, maar dat deze pas in 1986 was ontvangen. Hij vroeg om een kleine correctie voor een vergoeding als commissaris van de Bank, die hij over het hoofd had gezien.
De Raad voor de Rechtspraak heeft de stukken van X beoordeeld en vastgesteld dat de bijzondere uitkering van bruto Naf. 69.283,60 in 1986 is ontvangen, met uitzondering van een voorschot van Naf. 12.620,- dat in 1985 is ontvangen. De Raad oordeelde dat het voorschot in 1985 belast moet worden, omdat het recht op deze uitkering in dat jaar is ontstaan. De Inspecteur kon niet aannemelijk maken dat het verschil tussen de bedragen in 1985 verrekend of ter beschikking gesteld was. Ook met betrekking tot de commissarisbeloning kon de Raad geen correctie toepassen, omdat er geen bedragen waren genoemd.
De Raad vernietigde de uitspraak van de Inspecteur en verminderde de aanslag inkomstenbelasting tot een bedrag berekend naar een tabelinkomen van Naf. 88.207,-, met een vermindering van het belastingbedrag met in totaal Naf. 20.894,04. Deze uitspraak werd gedaan door de Raad van Beroep voor Belastingzaken, zitting houdende in Curaçao, op 20 juni 1991.