ECLI:NL:ORBBNAA:1989:BQ8663
Raad van Beroep voor Belastingzaken (Nederlandse Antillen en Aruba)
- Eerste aanleg - meervoudig
- T.J.M. Kolfschoten
- J.K. Moltmaker
- J.W. Ilsink
- Rechtspraak.nl
Kosten van overtocht van familieleden in verband met teraardebestelling en de beoordeling van buitengewone lasten in de inkomstenbelasting
In deze zaak gaat het om de vraag of de kosten van de overtocht van de broer en schoonzuster van de appellant, in verband met de begrafenis van zijn dochter, als normale uitgaven in rechtstreeks verband met het overlijden kunnen worden beschouwd. De dochter van appellant overleed op 17 juli 1986 en werd op 21 juni 1986 op Curaçao begraven. De broer en schoonzuster van appellant kwamen uit Nederland over, en de appellant heeft de kosten van hun overtocht, ter hoogte van NAf. 2.550,-, betaald. Appellant stelt dat hij zich moreel verplicht voelde om hen in staat te stellen de teraardebestelling bij te wonen, en dat hun aanwezigheid voor hem en zijn familie een onmisbare steun vormde. De Inspecteur betwist echter dat deze kosten als normale uitgaven kunnen worden aangemerkt, en stelt dat de relatie tussen de overledene en de broer en schoonzuster niet voldoende is om deze kosten te rechtvaardigen.
De Raad van Beroep voor Belastingzaken heeft geoordeeld dat de kosten van de overtocht niet als normale uitgaven in rechtstreeks verband met het overlijden kunnen worden beschouwd. De Raad benadrukt dat de relatie tussen de broer en schoonzuster en de overledene beslissend is, en dat er geen bijzondere banden zijn aangetoond die de kosten zouden rechtvaardigen. De Raad verwerpt het beroep van appellant en bevestigt de beslissing van de Inspecteur, waarbij de kosten van de overtocht niet als buitengewone lasten worden aangemerkt.