Uitspraak
zitting houdende in Sint Maarten
gemachtigde [A],
1.Het procesverloop
2.De tussen partijen vaststaande feiten
eenvan de partijen gesteld en door de andere partij niet of onvoldoende tegengesproken.
Raad van Beroep voor Belastingzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak heeft de Raad van Beroep voor Belastingzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 9 maart 2015 uitspraak gedaan over de aftrekbaarheid van kosten van werkruimte en de aftrek van een verzekeringspremie voor de eigen woning. De belanghebbende, een directeur van een onderneming, had in 2001 aanslagen ontvangen in de inkomstenbelasting en de premieheffing AVBZ en AOV/AWW. Hij kwam tijdig in bezwaar en beroep tegen deze aanslagen. De Inspecteur heeft geen vertoogschrift ingediend en tijdens de zitting op 27 november 2014 in Philipsburg was de gemachtigde van de belanghebbende aanwezig, samen met een bijstandspersoon namens de Inspecteur.
De Raad heeft vastgesteld dat de belanghebbende meer dan 8 uur per dag aan zijn directeursfunctie besteedde en dat hij in zijn woning over een kantoorruimte beschikte. Tevens heeft hij een verzekeringspremie van Naf 1.780 betaald voor zijn eigen woning. Het geschil draaide om de vraag of de belanghebbende recht had op aftrek van de kosten van de werkruimte en de betaalde verzekeringspremie. De Raad oordeelde dat de belanghebbende aannemelijk had gemaakt dat hij recht had op de aftrek van de kosten van de werkruimte, aangezien de Inspecteur hierop niet had gereageerd. Ook de premie voor de overlijdensrisicoverzekering werd als aftrekbaar beschouwd, omdat de Inspecteur dit niet had weersproken.
De Raad verklaarde het beroep gegrond en besloot dat de aanslagen verminderd moesten worden tot de bedragen conform de ingediende aangiften. De uitspraak benadrukt het belang van de bewijsvoering in belastingzaken en de rol van de Inspecteur in het weerleggen van de stellingen van de belanghebbende.