ECLI:NL:ORBBACM:2015:39
Raad van Beroep voor Belastingzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- S. Verheijen
- M. de Werd
- A. Beukers-van Dooren
- Rechtspraak.nl
Discriminatie bij aftrek studiekosten voor alleenstaande ouders in belastingrecht
In deze zaak gaat het om een alleenstaande moeder die alle studiekosten van haar dochter, die in Canada studeert, betaalt. Op basis van de landsverordening op de inkomstenbelasting 1943 (Curaçao) kan zij maximaal Naf 10.000 aan studiekosten in aftrek brengen, terwijl gehuwden recht hebben op een aftrek van maximaal Naf 20.000. De belanghebbende stelt dat deze regeling discriminerend is, omdat alleenstaande ouders, net als gehuwden, alle kosten voor de studie van hun kind dragen. De Raad van Beroep voor Belastingzaken oordeelt echter dat de wetgever een gerechtvaardigde keuze heeft gemaakt en dat er geen sprake is van discriminatie. De Raad wijst erop dat de wetgever bij de invoering van de regeling rekening heeft gehouden met de verschillende situaties van gehuwden en ongehuwden. De Raad concludeert dat de regeling niet van iedere redelijke grond is ontbloot en dat de verschillende behandeling van gehuwden en ongehuwden gerechtvaardigd is. De Raad verklaart het beroep van de alleenstaande moeder ongegrond.