In deze zaak heeft de Raad van Beroep voor Belastingzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 7 december 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de toepassing van de Landsverordening ter bevordering van bedrijfsvestiging en hotelbouw (LBBH) door de Gouverneur van Sint Maarten. De belanghebbende, X N.V., had een verzoek ingediend voor belastingfaciliteiten in het kader van de bouw van een condominiumtoren, waarvan de appartementen bestemd waren voor verkoop. De Gouverneur had echter alleen belastingfaciliteiten verleend voor het timeshare gedeelte van het project, en niet voor de condominiums die bedoeld waren voor verkoop. De Raad oordeelde dat de investeringen in de condominiums niet onder het begrip 'bedrijf' vallen zoals gedefinieerd in de LBBH, omdat deze niet geëxploiteerd worden. De Raad verwierp het beroep van belanghebbende, maar oordeelde dat de Gouverneur in een nieuw besluit moet beslissen over het beroep op het gelijkheidsbeginsel, aangezien belanghebbende had aangevoerd dat andere resorts in vergelijkbare situaties wel belastingfaciliteiten hadden ontvangen. De Raad heeft de zaak terugverwezen naar de Gouverneur voor heroverweging.