ECLI:NL:ORBAACM:2022:9
Raad van Beroep in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- H.A.A.G. Vermeulen
- J. Sybesma
- P.J. Thijssen
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake aanstelling in vaste dienst van ambtenaar en toepassing van de Landsverordening materieel ambtenarenrecht
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van een ambtenaar, appellante, die in geschil is met de Gouverneur van Aruba over haar aanstelling in vaste dienst. Appellante was voor haar aanstelling werkzaam op basis van een arbeidsovereenkomst en heeft bezwaar gemaakt tegen de ingangsdatum van haar aanstelling in vaste dienst, die volgens haar in strijd is met artikel 5, lid 3, onder a van de Landsverordening materieel ambtenarenrecht (Lma). De Raad van Beroep in Ambtenarenzaken heeft de zaak behandeld op 14 december 2021, waarbij appellante in persoon aanwezig was met haar gemachtigde, mr. L.A. Hernandis. De geïntimeerde, de Gouverneur van Aruba, werd vertegenwoordigd door mr. A.F.J. Caster.
De Raad overweegt dat de Lma geen verplichting oplegt aan de Gouverneur om appellante op een bepaald tijdstip in vaste dienst aan te stellen. De Raad bevestigt de eerdere uitspraak van het Gerecht in Ambtenarenzaken, die het bezwaar van appellante ongegrond verklaarde. De Raad stelt vast dat appellante niet kan worden gevolgd in haar betoog dat zij ten onrechte niet is aangesteld in de functie van 1ste projectmedewerker, omdat niet is aangetoond dat zij deze functie feitelijk vervulde op het moment van aanstelling. Ook het beroep op het gelijkheidsbeginsel wordt verworpen, omdat er geen sprake is van gelijke gevallen.
De Raad concludeert dat de beroepsgronden van appellante niet slagen en bevestigt de aangevallen uitspraak, zonder aanleiding te zien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan op 5 januari 2022.