Uitspraak
Regeling Ambtenarenrechtspraak 1951 (RAr)
RAAD VAN BEROEP
Proces-verbaal
[appellant],
de Gouverneur van Sint Maarten,
Beslissing
bevestigtde aangevallen uitspraak.
Raad van Beroep in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak heeft de Raad van Beroep in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 20 november 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep. De appellant, de Gouverneur van Sint Maarten, had hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van het Gerecht in Ambtenarenzaken van Sint Maarten, die op 15 april 2019 het bezwaarschrift van de appellant tegen een fictieve weigering niet-ontvankelijk had verklaard. De appellant had zijn bezwaarschrift te laat ingediend, en de Raad oordeelde dat deze termijnoverschrijding niet verschoonbaar was.
De appellant voerde aan dat hij in de veronderstelling verkeerde dat er een nieuw besluit in de maak was, en dat persoonlijke omstandigheden, zoals de gevolgen van orkaan Irma en de zorg voor zijn zieke zoon, hem verhinderden om tijdig bezwaar te maken. De Raad oordeelde echter dat deze omstandigheden niet voldoende waren om de termijnoverschrijding verschoonbaar te achten. De Raad bevestigde de aangevallen uitspraak en oordeelde dat de appellant niet aannemelijk had gemaakt dat hij gedurende de bezwaartermijn niet in staat was om passende maatregelen te treffen ter behartiging van zijn belangen.
De uitspraak benadrukt het belang van het tijdig indienen van bezwaarschriften en de verantwoordelijkheid van de appellant om zijn belangen te behartigen, ongeacht persoonlijke omstandigheden. De Raad heeft de zaak behandeld via een videoverbinding in verband met COVID-19-maatregelen, waarbij de leden van de Raad en de griffier in Curaçao aanwezig waren, terwijl de appellant en zijn gemachtigde in Sint Maarten waren.