ECLI:NL:OGHNAA:2010:BO4547

Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba

Datum uitspraak
19 juli 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
AR-1149/05-H. 297/07
Instantie
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Uitleg van artikel IX van huurcontract en tussentijdse opzegging door Girobank

In deze zaak, behandeld door het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba, staat de uitleg van artikel IX van een huurcontract centraal. De vraag die aan de orde is, is of het voor Girobank, de appellante, zo onaannemelijk was dat een tussentijdse opzegging voor haar openstond. De zaak heeft een lange voorgeschiedenis, waarbij op 19 juli 2010 uitspraak werd gedaan. De partijen in deze procedure zijn de naamloze vennootschap GIROBANK N.V., gevestigd op Curaçao, en de naamloze vennootschap BELT RESTAURANTS N.V., eveneens gevestigd op Curaçao. De gemachtigden van de partijen zijn respectievelijk mr. R.J.M. van Eps voor Girobank en mr. M.W.J.H. Welten voor Belt Restaurants.

De procedure begon met een tussenvonnis van het Hof op 13 mei 2008, waarin het Hof een voorlopig oordeel gaf over de uitleg van het huurcontract. In de daaropvolgende maanden hebben beide partijen verschillende akten ingediend, waaronder verzoeken tot bewijslevering en getuigenverhoren. Op 2 februari 2009 zijn getuigen gehoord, en de resultaten hiervan zijn in de beoordeling meegenomen.

Het Hof concludeert dat de verhuurster, Belt, gebruik heeft gemaakt van een standaardcontract en dat er wijzigingen zijn aangebracht door de directeur van Belt, die geen jurist is. Dit roept de vraag op of Girobank had moeten begrijpen dat een tussentijdse opzegging mogelijk was. Het Hof merkt op dat er eerder overeenstemming was bereikt over een schikking, maar dat deze niet is doorgegaan vanwege de betrokkenheid van andere partijen.

In de uitspraak geeft het Hof partijen de gelegenheid om opnieuw te proberen de zaak te schikken, nu er nieuwe rechthebbenden zijn. De zaak wordt aangehouden voor verdere beslissingen, en partijen worden uitgenodigd om een akte uitlating regeling in te dienen voor de zitting van 24 augustus 2010.

Uitspraak

UITSPRAAK: 19 juli 2010
ZAAKNR.: AR-1149/05-H. 297/07
VONNIS GEWEZEN DOOR HET GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE VAN DE NEDERLANDSE ANTILLEN EN ARUBA
in de zaak van:
de naamloze vennootschap GIROBANK N.V.,
gevestigd op Curaçao,
oorspronkelijk gedaagde in conventie, eiseres in reconventie, thans appellante,
gemachtigde: mr. R.J.M. van Eps,
tegen
de naamloze vennootschap BELT RESTAURANTS N.V.,
gevestigd op Curaçao,
oorspronkelijk eiseres in conventie, gedaagde in reconventie, thans geïntimeerde,
gemachtigde: mr. M.W.J.H. Welten,
en in de zaak van:
de naamloze vennootschap BELT RESTAURANTS N.V.,
gevestigd op Curaçao,
oorspronkelijk eiseres in conventie, gedaagde in reconventie, thans appellante,
gemachtigde: mr. M.W.J.H. Welten,
tegen
de naamloze vennootschap GIROBANK N.V.,
gevestigd op Curaçao,
oorspronkelijk gedaagde in conventie, eiseres in reconventie, thans geïntimeerde,
gemachtigde: mr. R.J.M. van Eps.
Partijen worden hierna aangeduid als enerzijds Girobank en anderzijds Belt.
Het verloop van de procedure
1.1. Het Hof verwijst naar zijn tussenvonnis van 13 mei 2008.
1.2. Op 10 juni 2008 heeft Girobank een ‘AKTE houdende (aanvullend) verzoek ongedaanmaking ex artikel 6:203 van het BWNA’ genomen.
1.3. Belt heeft op 7 oktober 2008 een ‘Akte uitlating bewijslevering tevens antwoordakte eiswijziging’ genomen waarop Girobank op 2 december 2008 reageerde met een ‘Antwoordakte bewijslevering’. Op 2 december 2008 nam Girobank een ‘Nadere akte: verzoek getuigenverhoor tevens opgave getuigen’.
1.4. Op 2 februari 2009 om 9.00 uur en om 13.30 uur zijn getuigen gehoord. Hiervan zijn twee processen-verbaal opgemaakt.
1.5. Op 6 oktober 2009 nam Belt een ‘Akte bewijsstukken tevens conclusie na enquête’, met producties.
1.6. Girobank nam op 12 januari 2010 een ‘Antwoordakte na enquête’, met producties, op welke producties Belt op 4 mei 2010 reageerde met een ‘Akte uitlating producties’.
1.7. Partijen hebben wederom om vonnis gevraagd, waarvan de uitspraak nader is bepaald op heden.
2. Beoordeling
2.1. Zoals Belt terecht veronderstelt, is het door het Hof in het tussenvonnis van 14 mei 2008 gegeven voorlopige oordeel overwegend gebaseerd op een taalkundige uitleg van ARTICLE IX, in het bijzonder Section 9.2, derde alinea van het huurcontract. Het opgedragen getuigenbewijs diende ertoe het Hof tot een Haviltexuitleg in volle omvang in staat te stellen.
2.2. Uit het getuigenverhoor blijkt dat, zoals in het tussenvonnis verondersteld, door Belt als verhuurster gebruik gemaakt is van een standaardcontract. De directeur van Belt, [directeur], zijnde een niet-jurist, heeft in Section 9.2 veranderingen aangebracht: ‘anders zouden huurders worden afgeschrikt’ (proces-verbaal, tweede blad, 4e alinea). De vraag die door het Hof thans moet worden beantwoord is of het resultaat van het een en ander, het gehele contract in samenhang beschouwd, zo onaannemelijk is dat Girobank niet mocht begrijpen dat tussentijdse opzegging voor haar openstond.
2.3. Uit het getuigenverhoor blijkt ook dat volgens [directeur van Belt] met de directeur van Girobank [directeur] in beginsel overeenstemming was bereikt over een schikking voor NAF. 500.000,=, maar dat deze niet is doorgegaan. [directeur van Belt] verklaarde: ‘Ik heb begrepen dat de Venezuelanen die de Girobank hadden overgenomen niet akkoord waren. [directeur van Girobank] was er wel voor’ (proces-verbaal, tweede blad, 7e alinea).
2.4. Uit recente krantenberichten volgt dat de Venezuelanen als rechthebbenden hebben plaatsgemaakt voor anderen, waaronder [directeur van Girobank]. Het Hof geeft partijen in overweging, hun goede en kwade kansen afwegend, in de nieuwe constellatie opnieuw te trachten de zaak te schikken.
2.5. Partijen krijgen de gelegenheid een akte uitlating regeling te nemen. Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.
3. Beslissing
Het Hof:
- stelt partijen in de gelegenheid gelijktijdig een akte uitlating regeling te nemen;
- verwijst de zaak daartoe naar de zitting van 24 augustus 2010;
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Aldus gewezen door mrs. J. de Boer, J.R. Sijmonsma en F.J.P. Lock, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba, en ter openbare terechtzitting van 19 juli 2010 op Curaçao uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.