ECLI:NL:OGHNAA:2009:BM9562

Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba

Datum uitspraak
18 december 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
HLAR 001/09
Instantie
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep in vreemdelingenzaak

In deze zaak, behandeld door het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba, is het hoger beroep van de vreemdeling niet-ontvankelijk verklaard. De vreemdeling had geen beroep ingesteld tegen een eerdere beschikking van de minister van Vreemdelingenzaken, waarin een verzoek om een vergunning tot tijdelijk verblijf was afgewezen. De minister had op 20 september 2007 het verzoek van de werkgeefster om de vreemdeling een vergunning te verlenen afgewezen. Dit besluit werd door de minister op 20 maart 2008 bevestigd, waarbij het bezwaar van de werkgeefster ongegrond werd verklaard. De vreemdeling heeft vervolgens hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba van 3 december 2008, waarin het beroep van de werkgeefster gegrond werd verklaard en de beschikking van de minister werd vernietigd.

Het Hof heeft vastgesteld dat de vreemdeling tegen de beschikking van 20 maart 2008 geen beroep heeft ingesteld. Er zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die rechtvaardigen dat haar dit niet kan worden verweten. Hierdoor was de vreemdeling niet in staat om hoger beroep in te stellen tegen de uitspraak van 3 december 2008. Het Hof heeft daarom het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard, zonder in te gaan op de inhoudelijke argumenten die door de vreemdeling naar voren zijn gebracht. Tevens is er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.

De uitspraak is gedaan in naam der Koningin en is openbaar uitgesproken op 18 december 2009. De zaak werd behandeld door een collegiaal Hof, met H.L. Wattel als voorzitter en R.W.L. Loeb en A.W.M. Bijloos als leden, bijgestaan door griffier N.M. Martinez.

Uitspraak

HLAR 001/09
Datum uitspraak: 18 december 2009
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
VAN DE NEDERLANDSE ANTILLEN EN ARUBA
Uitspraak op het hoger beroep van:
[…], wonend in Aruba,
appellante,
tegen de uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba van 3 december 2008 in zaak nr. 1263 van 2008 in het geding tussen:
[…]
en
de minister van Vreemdelingenzaken.
1. Procesverloop
Bij beschikking 20 september 2007 heeft de minister van Vreemdelingenzaken (hierna: de minister) een verzoek van […] (hierna: de werkgeefster) om appellante (hierna: de vreemdeling) een vergunning tot tijdelijk verblijf te verlenen afgewezen.
Bij beschikking van 20 maart 2008 heeft de minister het door de werkgeefster daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.
Bij uitspraak van 3 december 2008 heeft het Gerecht in eerste aanleg van Aruba (hierna: het Gerecht) het door de werkgeefster daartegen ingestelde beroep gegrond verklaard, die beschikking vernietigd en het door de werkgeefster gemaakte bezwaar niet-ontvankelijk verklaard.
Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling bij brief, bij het Gerecht ingekomen op 8 januari 2009, hoger beroep ingesteld.
De minister heeft een verweerschrift ingediend.
Het Hof heeft de zaak ter zitting behandeld op 4 november 2009, waar de vreemdeling, vertegenwoordigd door D.M. Suurendonk en E.A.H. Zaandam, en de minister, vertegenwoordigd door mr. J.M. Harewood, werkzaam in dienst van het land, zijn verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Het Hof overweegt ambtshalve als volgt.
2.2. De vreemdeling heeft tegen de beschikking van 20 maart 2008 geen beroep ingesteld. Niet is gebleken van feiten of omstandigheden die tot het oordeel leiden dat haar dat redelijkerwijs niet kan worden verweten. Zij kon daarom tegen de uitspraak van 3 december 2008 geen hoger beroep instellen.
2.3. Het hoger beroep is niet-ontvankelijk. Hetgeen de vreemdeling in hoger beroep heeft aangevoerd, behoeft geen bespreking.
2.4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba
Recht doende in naam der Koningin:
I. verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk.
Aldus vastgesteld door mr. H.L. Wattel, voorzitter, en mr. R.W.L. Loeb en mr. A.W.M. Bijloos, leden, in tegenwoordigheid van mr. N.M. Martinez, griffier.
w.g. Wattel
voorzitter
w.g. Martinez
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 18 december 2009
Verzonden:
Voor eensluidend afschrift,
de griffier,
voor deze,