ECLI:NL:OGHNAA:2009:BK1325
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba
- Raadkamer
- G.C.C. Lewin
- J.R. Sijmonsma
- E.M. van der Bunt
- Rechtspraak.nl
Verzoek om hervatting van de procedure voor elektronisch toezicht na ontnemingsvonnis
In deze zaak verzoekt een gedetineerde het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba om het openbaar ministerie te bevelen de procedure voor elektronisch toezicht te hervatten. De gedetineerde, geboren op Curaçao in 1967 en momenteel gedetineerd in de Strafgevangenis Bon Futuro, stelt dat zijn verzoek is ingegeven door het gelijkheidsbeginsel. Hij verwijst naar een andere gedetineerde, aangeduid als [D], die voorwaardelijk in vrijheid is gesteld zonder dat de vervangende hechtenis, opgelegd in een ontnemingsvonnis, is geëxecuteerd. De gedetineerde heeft een betalingsverplichting van NAF. 500.000,- opgelegd gekregen, die kan worden vervangen door twee jaar hechtenis bij niet-betaling.
De procureur-generaal heeft in zijn verweer aangevoerd dat de gedetineerde niet-ontvankelijk is in zijn verzoek, omdat hij een onrechtmatige overheidsdaad aan zijn verzoek ten grondslag heeft gelegd. Het Hof verwerpt dit beroep op niet-ontvankelijkheid en oordeelt dat de gedetineerde ontvankelijk is in zijn verzoek. Het Hof stelt vast dat er geen rechtvaardiging is voor de andere behandeling van de gedetineerde in vergelijking met [D].
Het Hof beveelt het openbaar ministerie om de gebruikelijke procedure ter beoordeling van de vraag of de gedetineerde in aanmerking komt voor elektronisch toezicht te hervatten. Het verzoek om plaatsing onder elektronisch toezicht en de gevorderde dwangsom worden afgewezen, omdat het Hof van oordeel is dat het uiteindelijke verlenen van elektronisch toezicht van meer factoren afhankelijk is. De beschikking is gegeven in raadkamer op 13 oktober 2009.