ECLI:NL:OGHNAA:2009:BJ5667
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba
- Hoger beroep
- H.L. Wattel
- R.W.L. Loeb
- A.W.M. Bijloos
- Rechtspraak.nl
Weigering van verzoek om vergunning tot tijdelijk verblijf door de minister voor Vreemdelingenzaken
In deze zaak gaat het om de weigering van de minister voor Vreemdelingenzaken om een vergunning tot tijdelijk verblijf te verlenen aan een vreemdeling, die in dienst was bij een werkgeefster in Aruba. De werkgeefster en de vreemdeling hebben tegen deze weigering beroep ingesteld bij het Gerecht in eerste aanleg van Aruba. Dit Gerecht heeft op 11 juni 2008 het beroep gegrond verklaard en de minister opgedragen om binnen twee maanden een nieuwe beschikking te geven op het bezwaar van de werkgeefster en de vreemdeling. De minister heeft hiertegen hoger beroep ingesteld, maar ter zitting op 22 april 2009 heeft de minister verklaard dat, indien de vreemdeling een verzoek indient voor een vergunning tot tijdelijk verblijf voor gezinshereniging met toestemming om arbeid in loondienst te verrichten, deze vergunning zal worden verleend. De vreemdeling heeft bevestigd dat zij dit verzoek zal indienen. Gezien deze omstandigheden heeft de minister geen belang meer bij het hoger beroep, waardoor het Hof het hoger beroep niet-ontvankelijk heeft verklaard. De uitspraak van het Hof is gedaan in naam der Koningin en is openbaar uitgesproken op 18 juni 2009.