ECLI:NL:OGHNAA:2007:BG3805
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba
- Hoger beroep
- H.L. Wattel
- R.W.L. Loeb
- A.W.M. Bijloos
- Rechtspraak.nl
Intrekking hoger beroep en onbevoegdheid van het Hof inzake proceskostenvergoeding
In deze zaak heeft de naamloze vennootschap Union Caribe N.V., gevestigd te Aruba, hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba, waarin het beroep van verzoekster tegen het uitblijven van een beslissing op haar bezwaar tegen de afwijzing van een aanvraag om verlening van een vergunning tot tijdelijk verblijf ongegrond werd verklaard. Tijdens de procedure in hoger beroep heeft het bestuursorgaan alsnog de gevraagde vergunning verleend, waarna verzoekster het hoger beroep heeft ingetrokken.
Verzoekster verzocht het Hof om de minister van Vreemdelingenzaken te veroordelen tot vergoeding van de proceskosten die zijn gemaakt in de procedure en tot teruggave van het griffierecht. Het Hof heeft de zaak behandeld op 3 oktober 2007, waarbij verzoekster werd vertegenwoordigd door mr. D. Kock en de minister door mr. P.D. Langerak.
Het Hof heeft geoordeeld dat het hoger beroep is ingetrokken omdat het bestuursorgaan aan verzoekster tegemoet is gekomen. Echter, de Landsverordening administratieve rechtspraak biedt geen grondslag voor een veroordeling tot vergoeding van de proceskosten of teruggave van het griffierecht na intrekking van het hoger beroep. Daarom verklaart het Hof zich onbevoegd om van het verzoek kennis te nemen.
De uitspraak is gedaan door het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba, in naam der Koningin, op 29 november 2007. De uitspraak werd gedaan door de voorzitter mr. H.L. Wattel en de leden mr. R.W.L. Loeb en mr. A.W.M. Bijloos, in tegenwoordigheid van griffier mr. N.M. Martinez.