ECLI:NL:OGHNAA:2006:BG2089
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba
- Hoger beroep
- W.P.M. ter Berg
- R.W.L. Loeb
- A.W.M. Bijloos
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van verzoek om woningen te bouwen op perceel in Oost Jongbloed
In deze zaak heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba op 27 november 2006 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek van appellant om woningen c.q. appartementen te mogen bouwen op een perceel gelegen te Oost Jongbloed. Het verzoek was eerder door het Bestuurscollege van het Eilandgebied Curaçao afgewezen. Appellant had bezwaar gemaakt tegen deze afwijzing, maar het Bestuurscollege verklaarde het bezwaar niet-ontvankelijk. Appellant ging hiertegen in beroep bij het Gerecht in eerste aanleg, dat op 31 mei 2006 de uitspraak deed dat het beroep voor een deel niet-ontvankelijk was en voor het overige ongegrond. Appellant stelde hiertegen hoger beroep in bij het Hof.
Tijdens de zitting op 27 september 2006 heeft het Hof de zaak behandeld, waarbij appellant werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. W.E. Fortin, en het Bestuurscollege vertegenwoordigd was door ambtenaren. Appellant betoogde dat de termijnoverschrijding voor het indienen van bezwaar verschoonbaar was, omdat hij pas eind december 2004 over alle benodigde informatie beschikte. Het Hof oordeelde echter dat de gestelde noodzaak om nadere gegevens te verzamelen geen grond vormde voor het oordeel dat de termijnoverschrijding verschoonbaar was. Appellant had het bezwaar ter bewaring van de termijn kunnen indienen, ook al was het nog niet volledig onderbouwd.
Het Hof bevestigde de uitspraak van het Gerecht en verklaarde het hoger beroep ongegrond. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak werd gedaan in naam der Koningin, waarbij de rechters W.P.M. ter Berg, R.W.L. Loeb en A.W.M. Bijloos betrokken waren, met mr. N.M. Martinez als griffier.