ECLI:NL:OGHACMB:2025:91
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Wijziging omgangsregeling tijdens ondertoezichtstelling
In deze zaak heeft de vader hoger beroep ingesteld tegen een beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, waarin een omgangsregeling voor zijn minderjarige kind was vastgesteld. De vader verzocht om wijziging van deze regeling, zodat de minderjarige om de week bij hem zou verblijven. De moeder, die zonder gemachtigde procedeerde, heeft het hoger beroep bestreden en verzocht de oorspronkelijke beschikking te bevestigen. Tijdens de mondelinge behandeling op 11 februari 2025 waren beide ouders aanwezig, samen met de gezinsvoogd en een medewerker van de Voogdijraad. De vader had eerder verzocht om ondertoezichtstelling van de minderjarige en om een regeling voor de hoofdverblijfplaats en omgang. Het Gerecht had de minderjarige onder toezicht gesteld en een omgangsregeling vastgesteld, waarbij de vader de minderjarige op bepaalde dagen van school haalde en hem om het weekend bij zich had. Het Hof oordeelde dat er voldoende aanleiding was voor een wijziging van de omgangsregeling, gezien de verbeterde communicatie tussen de ouders en de positieve ontwikkeling van de minderjarige. Het Hof heeft de beschikking van het Gerecht vernietigd voor zover deze betrekking had op de omgangsregeling en een nieuwe regeling vastgesteld, waarbij de vader de minderjarige op maandag en woensdag van school haalt en hem om het weekend bij zich heeft. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het overige verzoek van de vader is afgewezen.