Uitspraak
,
1.Procesverloop
2.Feiten
3.Geschil in hoger beroep
4.Het oordeel van het Gerecht
Wettelijk kader
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een revocable trust, opgericht naar het recht van North Carolina, die een aanslag vastgoedbelasting heeft ontvangen voor een woning op Bonaire. De belanghebbende, die fungeert als zowel settler als trustee, heeft bezwaar gemaakt tegen de aanslag van USD 2.775, opgelegd door de inspecteur der belastingen. Het Gerecht in eerste aanleg heeft de aanslag gehandhaafd, waarna de belanghebbende in hoger beroep ging. De kern van het geschil is of de aanslag terecht is opgelegd aan de trust en of de vrijstelling van artikel 4.4 van de Belastingwet BES van toepassing is. Het Hof oordeelt dat de aanslag terecht is opgelegd, omdat de vrijstelling niet van toepassing is op het afgescheiden vermogen van de trustee. De uitspraak van het Gerecht wordt bevestigd, en het hoger beroep wordt ongegrond verklaard.