Uitspraak
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
gegrond;
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Otium B.V. tegen de uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, die op 4 december 2024 de aanvraag van Otium voor een concessie voor de productie en distributie van elektriciteit had afgewezen. De minister van Economische Ontwikkeling had eerder, op 11 december 2023, de aanvraag van Otium afgewezen op basis van de Landsverordening Elektriciteitsconcessies (LvE). Het Gerecht had deze afwijzing bevestigd, met de overweging dat de levering van elektriciteit onder de distributie valt, waarvoor Aqualectra een exclusieve concessie heeft. Otium stelde dat de minister ten onrechte de aanvraag als een geïntegreerde aanvraag voor productie en levering beschouwde, terwijl zij ook geïnteresseerd was in een afzonderlijke productieconcessie. Het Hof heeft de zaak behandeld op 7 mei 2025 en na heropening van het onderzoek geconcludeerd dat de minister de aanvraag voor een productieconcessie niet terecht had afgewezen. Het Hof vernietigde de uitspraak van het Gerecht en droeg de minister op om binnen zes maanden opnieuw te beslissen op de aanvraag van Otium voor een productieconcessie, met inachtneming van de uitspraak. Tevens werd de minister veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van Otium.