Uitspraak
[APPELLANT 2],
[GEÏNTIMEERDE 2],
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Terracon B.V. tegen Stichting Administratiekantoor, naar aanleiding van een geschil over de uitvoering van infrastructurele werkzaamheden op een perceel grond in Coral Estate, Curaçao. Terracon heeft in 2018 werkzaamheden uitgevoerd voor de stichting, maar er ontstond onenigheid over de financiële afwikkeling en de vraag of de werkzaamheden deugdelijk zijn uitgevoerd. De stichting heeft de overeenkomst op 4 september 2018 ontbonden, wat leidde tot deze rechtszaak.
Terracon is in hoger beroep gekomen van een vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, waarin de vorderingen van Terracon c.s. werden afgewezen. In de procedure heeft het Hof de ontvankelijkheid van Terracon c.s. in het hoger beroep beoordeeld, waarbij het Hof oordeelde dat de akte van appel en de memorie van grieven in onderlinge samenhang moeten worden gelezen. Het Hof heeft vastgesteld dat het hoger beroep is ingediend namens zowel Terracon als [appellant 2], en dat de grieven gericht zijn tegen zowel het eindvonnis als de tussenvonnissen.
Het Hof heeft ook de inhoud van de overeenkomst tussen partijen onderzocht, waarbij het van belang is wat de omvang van de werkzaamheden was die aan Terracon waren opgedragen. Het Hof heeft besloten om een mondelinge behandeling te gelasten, waarin partijen zich kunnen uitlaten over de verwachtingen die zij van de overeenkomst mochten hebben. De beslissing over de verdere procedure is aangehouden, en het Hof zal de mogelijkheid van een minnelijke regeling en een descente bespreken.