Uitspraak
1.[DE MAN],
1.[DE MAN],
2. [DE TWEEDE ECHTGENOTE],
De zaken in het kort
Het (verdere) verloop van de procedure
De beoordeling
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak gaat het om de verdeling van een huwelijksgemeenschap na een echtscheiding die in 2005 is uitgesproken. De man en zijn tweede echtgenote hebben het eerder uitgesproken verdelingsvonnis uit 2006 niet gerespecteerd, wat heeft geleid tot juridische geschillen. De betrokken partijen zijn de man, de vrouw en de tweede echtgenote, allen wonende in Sint Maarten. De man en de tweede echtgenote hebben in hoger beroep beroep aangetekend tegen eerdere vonnissen van het Gerecht in Sint Maarten, waarin de verdeling van de huwelijksgemeenschap werd vastgesteld. De procedure omvatte meerdere zaken, waarbij de man en de tweede echtgenote vorderingen hebben ingesteld tegen de vrouw, die in reconventie ook vorderingen heeft ingesteld. De rechtszaak heeft geleid tot een mondelinge behandeling op 21 augustus 2024, waarbij alle partijen hun standpunten hebben toegelicht. Het Hof heeft geoordeeld dat de grieven van de man en de tweede echtgenote falen, omdat zij het gezag van gewijsde van het verdelingsvonnis niet hebben gerespecteerd. Het Hof bevestigt de eerdere vonnissen en legt de proceskosten ten laste van de man.