ECLI:NL:OGHACMB:2024:118
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- C.J.H.G. Bronzwaer
- E.A. Saleh
- E.M. van der Bunt
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over betaling van achterstallig salaris na ontslag van werknemer in de horeca
In deze zaak gaat het om een werknemer die in hoger beroep is gekomen tegen een beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba, waarin zijn verzoek om betaling van achterstallig salaris werd afgewezen. De werknemer, die sinds 1 mei 2009 als chef-kok in dienst was bij het restaurant ELLIOTI’S RISTORANTE ITALIANO N.V., had zijn salaris zien dalen als gevolg van de Covid-19 pandemie en de daaropvolgende loonsubsidieregeling. Hij stelde dat zijn salaris zonder overleg was verlaagd van Afl. 47,38 naar Afl. 28,13, en dat hij recht had op de niet uitbetaalde salarissen over de periode van januari 2021 tot aan zijn ontslag in januari 2022, wat neerkwam op een bedrag van Afl. 43.252,00 bruto.
Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie heeft de procedure en de feiten in detail bekeken. Het Hof oordeelde dat de werknemer niet akkoord was gegaan met een permanente verlaging van zijn salaris, ook niet na de lockdown. De werkgever had weliswaar loonsubsidie ontvangen, maar de werknemer had recht op zijn oorspronkelijke salaris. Het Hof vernietigde de eerdere beschikking en oordeelde dat het restaurant gehouden was om het achterstallige salaris te betalen, vermeerderd met wettelijke rente en verhoging.
De uitspraak benadrukt de rechten van werknemers in situaties van salarisverlaging en de noodzaak voor werkgevers om transparant te zijn over wijzigingen in arbeidsvoorwaarden, vooral in tijden van crisis. Het Hof heeft de werkgever ook veroordeeld in de proceskosten van beide instanties.