Uitspraak
1. [APPELLANT 1]
2. [APPELLANT 2],
de Ambtenaar van de Burgerlijke Stand,
1.Het verloop van de procedure
2.De feiten
Zij verzoekt dat aan haar een identiteitskaart wordt afgegeven.
3.De beoordeling
“I, the undersigned Dr. THIBAUT Marc, certify that I have examined today, Miss [APPELLANT 2] born on [geboortedatum]/2000. She comes to my office to consult me since she was a baby with her mother [moeder appellant 2] and her stepfather [APPELLANT 1].”Het Hof ziet, anders dan ABS ter zitting in hoger beroep heeft aangevoerd, niet in waarom de omstandigheid dat Thibaut werkzaam is op het Franse deel van Sint Maarten reden is om aan die verklaring geen waarde te hechten. De ABS heeft dat niet duidelijk kunnen maken. In eerste aanleg heeft de ABS de verklaring van Thibaut overigens niet in twijfel getrokken. Verder hebben appellanten een verklaring overgelegd van [naam 3] (hierna: [naam 3]), oprichter van de [naam school] School, die verklaart dat [appellant 2] van augustus 2005 tot juni 2012 op die school heeft gezeten en dat [appellant 1] een van diegenen was die [appellant 2] naar school bracht en ophaalde. Ook verklaart zij dat [appellant 1] schoolfees betaalde. De authenticiteit van die verklaring is in eerste aanleg door de ABS in twijfel getrokken omdat [naam 3] niet bekend zou zijn bij de huidige schoolleiding. In hoger beroep hebben appellanten ter bestrijding van dat verweer van de ABS een uittreksel uit het stichtingenregister van de Kamer van Koophandel overgelegd waaruit blijkt dat [naam 3] een van de oprichters van de school is. Verder hebben appellanten een door [appellant 1] als ‘Parent/Guardian’ ondertekend schoolrapport overgelegd van [appellant 2] toen zij leerling was op [naam school 2] School (vanaf 2012) waarop [appellant 1] staat vermeld als ‘stepfather’ van [appellant 2]. In hoger beroep hebben appellanten nog verklaringen overgelegd van [naam 4] (hierna: [naam 4]) en [naam 5] (hierna: [naam 5]). [naam 4] is de buurman van [appellant 1] en verklaart dat hij [appellant 1] [appellant 2] heeft zien opvoeden als zijn dochter vanaf haar geboorte. [naam 5] verklaart dat zij [appellant 1] altijd samen met [appellant 2] zag vanaf dat zij ongeveer een jaar of nog jonger was. Hij bracht haar naar de crèche en haalde haar daar op, aldus [naam 3].