ECLI:NL:OGHACMB:2024:10
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- E.M. van der Bunt
- G.C.C. Lewin
- J. de Boer
- Rechtspraak.nl
Toelating als gemachtigde in hoger beroep tegen ENNIA CARIBE SCHADE N.V.
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door [appellante] tegen een vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, uitgesproken op 21 februari 2022. De zaak betreft de toelating van [gestelde gemachtigde] als gemachtigde van [appellante]. De procedure begon met een kennisgeving van hoger beroep op 1 april 2022, gevolgd door een memorie van grieven op 13 mei 2022, waarin bezwaren tegen de gang van zaken bij het Gerecht werden aangevoerd. Ennia, de gedaagde partij, heeft bezwaar gemaakt tegen de toelating van [gestelde gemachtigde] als gemachtigde en heeft verzocht om niet-ontvankelijkheid van [appellante] of bevestiging van het bestreden vonnis, met veroordeling in proceskosten.
De mondelinge behandeling is gelast om te beslissen over de toelating van [gestelde gemachtigde]. Het Hof heeft aangegeven dat het niet de bedoeling is om in debat te gaan over de wijze waarop stukken zijn ingediend of over strafbare feiten en corruptie van advocaten, tenzij dit relevant is voor de toelating van de gemachtigde of de vordering van [appellante]. De beslissing van het Hof is dat er een mondelinge behandeling zal plaatsvinden, waarbij beide partijen worden verzocht om hun verhinderdata door te geven. Het vonnis is uitgesproken op 23 januari 2024 door de rechters van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie.