Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
2.De feiten
- Advanced Payment Guarantee met nummer FG 00079/19, betreffende contract no. AN-IRC-NRPB-93650-CW-RFQ, gedateerd 1 oktober 2019, tot maximaal US$ 89.652,-;
- Advanced Payment Guarantee met nummer FG 00080/19, betreffende contract no. AN-IRC-NRPB-93651-CW-RFQ, gedateerd 1 oktober 2019, tot maximaal US$ 76.988,60,-.
‘Repairs of six (6) schools on Dutch Sint Maarten’. De General-counter-indemnity luidt onder meer als volgt:
3.De beoordeling
“(…) Confident Construction B.V. (..) (hereinafter referred to as “the Principal” may from time to time requestNAGICO(…) to execute as surety or guarantor for the Principal, or procure the execution of a certain surety, bond, bonds, undertakings, guarantees, stipulations or other obligatory instruments (…).”Dit is een algemeen en breed geformuleerde bepaling die er niet op duidt dat de General-counter-indemnity enkel is aangegaan ten behoeve van één project. De term “General” in de benaming van de “General-counter-indemnity” wijst er ook op dat het breder is. Het ligt ook niet voor de hand dat Nagico zich zou verbinden tot betaling op grond van Advanced Payment Guarantees zonder zekerheid voor zichzelf te bedingen. Nagico heeft verder onbestreden gesteld dat de reden voor de vermelding “Repair of Six (6) schools on Dutch Sint Maarten” is dat het project van de scholen (getekend op 28 juni 2019) het eerste project was waarvoor een dergelijke garantie was afgegeven. Dit strookt ook met hetgeen CC en [appellant 2] bij pleidooi onder 3 hebben gesteld, namelijk dat bij het daaraan voorafgaande project met betrekking tot de reparatie van 14 huizen, geen garantie door Nagico is afgegeven. In het licht van het voorgaande is het enkele feit dat bovenaan de “General-counter-Indemnity” het project van de scholen staat vermeld niet voldoende om aan te nemen dat de toepasselijkheid van die “General-counter-indemnity” voor latere projecten is uitgesloten. Voor de stelling van CC en [appellant 2] dat een garantie alleen kon worden aangegaan nadat de overeenkomst waarop die betrekking heeft is getekend valt geen steun te vinden in de “General-counter-indemnity” of andere documenten. Verder maakt het feit dat de overeenkomst met betrekking tot de scholen is aangegaan met het Land Sint Maarten en de Overeenkomsten zijn aangegaan met NRPB het voorgaande niet anders. Uit de door CC en [appellant 2] overgelegde Tijdelijke Landsverordening Nationaal Programmabureau Wederopbouw en de daarbij behorende Memorie van Toelichting volgt namelijk dat de projecten van NRPB verband houden met de projecten van het Land Sint Maarten. CC en [appellant 2] hebben ook aangevoerd dat er met betrekking tot de Overeenkomsten door hen een “Pledge” is afgegeven, maar zij hebben niet betwist dat die “Pledge” niet rechtsgeldig was.