ECLI:NL:OGHACMB:2023:273

Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
21 november 2023
Publicatiedatum
2 februari 2024
Zaaknummer
BON2022H00006
Instantie
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep over nakoming van een overeenkomst tot aanneming van werk tussen Key In Investments Bonaire B.V. en Turbo Tech B.V.

In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Key In Investments Bonaire B.V. tegen een vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, waarin de vorderingen van Turbo Tech B.V. zijn toegewezen. Turbo Tech had in opdracht van Key In bouwwerkzaamheden verricht aan woningen in het Cubana Resort Bonaire en vorderde betaling van een openstaand bedrag van USD 19.571,01. Key In had dit bedrag onbetaald gelaten en vorderde in reconventie schadevergoeding omdat zij derden had moeten inschakelen om de werkzaamheden af te ronden. Het Hof oordeelt dat Key In geen opschortingsrecht toekomt, omdat zij Turbo Tech niet in de gelegenheid heeft gesteld om de gebreken te herstellen. Het Hof bevestigt het vonnis van het Gerecht, waarbij de vorderingen van Turbo Tech zijn toegewezen en die van Key In zijn afgewezen. Key In wordt veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep.

Uitspraak

Burgerlijke zaken over 2023
Registratienummers: BON202000519 – BON2022H00006
Uitspraak: 21 november 2023
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en
van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
V O N N I S
in de zaak van:
de besloten vennootschap
KEY IN INVESTMENTS BONAIRE B.V.,
gevestigd op Bonaire,
in eerste aanleg gedaagde in conventie, eiseres in reconventie,
thans appellante,
gemachtigde: mr. Th. Aardenburg,
tegen
de besloten vennootschap
TURBO TECH B.V.,
gevestigd op Bonaire,
in eerste aanleg eiseres in conventie, verweerster in reconventie,
thans geïntimeerde,
gemachtigde: mr. E.J. Winkel.
Partijen worden hierna Key In en Turbo Tech genoemd.

1.Het verloop van de procedure

1.1
Bij op 1 februari 2022 ingekomen akte van appel is Key In in hoger beroep gekomen van het tussen partijen gewezen en op 22 december 2021 uitgesproken vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, zittingsplaats Bonaire (hierna: het Gerecht).
1.2
Bij op 15 maart 2022 ingekomen memorie van grieven, met een productie, heeft Key In bezwaren tegen het vonnis aangevoerd en toegelicht. Haar conclusie strekt ertoe dat het Hof het vonnis zal vernietigen en de vorderingen van Turbo Tech alsnog zal afwijzen, de vorderingen van Key In alsnog zal toewijzen (met uitzondering van de genoegdoening aan [naam 1]) en met veroordeling van Turbo Tech in de proceskosten in beide instanties.
1.3
Key In heeft geen memorie van antwoord genomen.
1.4
Op de daarvoor nader bepaalde dag hebben de gemachtigden van partijen pleitnotities ingediend.
1.5
Vonnis is gevraagd en nader bepaald op vandaag.

2.De beoordeling

Feiten
2.1
Het Hof gaat uit van de volgende feiten.
2.1.1
Turbo Tech heeft in opdracht van Key In bouwwerkzaamheden verricht aan een negental woningen in het Cubana Resort Bonaire. Daarvoor heeft zij in totaal
USD 127.486,44 gefactureerd, waarvan Key In een bedrag van USD 19.571,01 onbetaald heeft gelaten.
Vorderingen
2.2
In deze rechtszaak heeft Turbo Tech betaling gevorderd van het openstaande bedrag (USD 19.571,01) op grond van de tussen partijen gesloten aannemingsovereenkomst. Key In vordert op haar beurt (in reconventie) schadevergoeding van Turbo Tech onder meer omdat zij derden heeft moeten inschakelen om de werkzaamheden goed af te ronden.
Beslissingen van het Gerecht
2.3
Bij het bestreden vonnis heeft het Gerecht de vorderingen van Turbo Tech toegewezen en die van Key In afgewezen, kort gezegd omdat Key In Turbo Tech niet in de gelegenheid heeft gesteld om alsnog haar verplichtingen na te komen. Key In is ook in de proceskosten veroordeeld.
Beoordeling door het Hof
2.4
Key In weerspreekt niet dat zij het bedrag dat Turbo Tech vordert onbetaald heeft gelaten. Zij voert echter aan dat zij dat heeft gedaan omdat Turbo Tech de werkzaamheden gebrekkig heeft uitgevoerd. Turbo Tech is in verzuim. Key In heeft uiteindelijk derden ingeschakeld om de werkzaamheden naar behoren te voltooien. Zij beroept zich op opschorting en verrekening.
2.5
In deze zaak gaat het om nakoming van een overeenkomst tot aanneming van werk. De wettelijke bepalingen daarover gaan ervan uit dat het werk op enig moment wordt opgeleverd. Of en wanneer in dit geval oplevering van het werk heeft plaatsgehad is niet duidelijk geworden. Wel staat vast dat in januari 2020, nadat Turbo Tech Key In had aangemaand tot betaling van de laatste termijn, Key In Turbo Tech heeft meegedeeld dat sprake zou zijn van ‘mankementen’ in de werkzaamheden op grond waarvan zij USD 19.572,72 als ‘retentie’ inhield. Daarmee beriep zij zich op een opschortingsrecht: zij schortte haar verplichting tot betaling van de laatste termijn op totdat Turbo aan haar verplichting (oplevering van een deugdelijk werk) zou hebben voldaan. Partijen hebben vervolgens gezamenlijk een verslag opgesteld met werkzaamheden die Turbo Tech nog moest uitvoeren of herstellen. Turbo Tech stelt, onder verwijzing naar (e-mail)correspondentie en onvoldoende specifiek betwist door Key In, dat zij naar aanleiding daarvan die werkzaamheden heeft uitgevoerd en Key In daarvan in augustus 2020 op de hoogte heeft gesteld. Volgens Turbo Tech heeft Key In, die dat niet bestrijdt, daarop nooit meer iets laten horen. Gesteld noch gebleken is dat er daarna nog een inspectie of oplevering is geweest. Pas nadat de dagvaarding is uitgebracht heeft Key In contact gezocht met (de gemachtigde van) Turbo Tech, waarbij zij zich op het standpunt stelde dat de woningen nog steeds gebreken vertoonden. Vervolgens hebben partijen afgesproken om ter plaatse te gaan kijken, zodat Key In kon aangeven waar volgens haar de gebreken zaten. Key In is toen niet verschenen. Zij heeft zonder Turbo Tech daarvan op de hoogte te stellen de gestelde gebreken door een derde laten herstellen.
2.6
Naar het oordeel van het Hof komt Key In, gelet op de in 2.5 beschreven feitelijke gang van zaken die zij niet betwist, geen opschortingsrecht meer toe. Het had op de weg van Key In gelegen om in augustus 2020, na het bericht van herstel van de vermeende gebreken, de laatste termijn aan Turbo Tech te betalen. Met het alsnog opleveren van een deugdelijk werk door Turbo Tech was immers de grond voor opschorting van die betaling komen te vervallen. Wanneer, zoals Key In aanvoert, ook toen nog steeds niet alle gebreken naar behoren waren hersteld, had het op de weg van Key In gelegen om dat kort na ontvangst van het herstelbericht aan Turbo Tech duidelijk te maken. Key In heeft echter in het geheel niet meer gereageerd. Omdat betaling door Key In nog steeds uitbleef, heeft Turbo Tech Key In terecht in gebreke gesteld bij brief van 13 oktober 2020 en is Key In op 20 oktober 2020 in verzuim geraakt. Zij kan zich in deze procedure daarom niet met succes op opschorting beroepen. Omdat Key In Turbo Tech na augustus 2020 geen gelegenheid heeft geboden de eventueel nog resterende gebreken te herstellen, heeft Key In ook geen recht op vergoeding van schade als gevolg van de gestelde omstandigheid dat er nog gebreken resteerden. Daarop stuit het beroep op verrekening af. De vordering van Turbo Tech is daarom toewijsbaar, de vordering van Key In niet.
2.7
Het hoger beroep slaagt niet. Het vonnis waarvan beroep dient te worden bevestigd. Key In zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van het hoger beroep.
B E S L I S S I N G
Het Hof:
bevestigt het vonnis waarvan beroep;
veroordeelt Key in de kosten van het hoger beroep, aan de zijde van Turbo Tech gevallen en tot op heden begroot op NAf 2.000,00 aan salaris voor de gemachtigde;
verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mrs. E.A. Saleh, G.C.C. Lewin en C.J.H.G. Bronzwaer, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba en ter openbare terechtzitting van het Hof in Curaçao uitgesproken op 21 november 2023 in tegenwoordigheid van de griffier.