ECLI:NL:OGHACMB:2023:265

Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
5 december 2023
Publicatiedatum
19 januari 2024
Zaaknummer
AUA 2021H00237
Instantie
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming bewindvoerder over de goederen van een minderjarige na testamentaire wens

In deze zaak, behandeld door het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, betreft het een hoger beroep inzake de benoeming van een bewindvoerder over de goederen van een minderjarige. De zaak is gestart door een appellant, vertegenwoordigd door mr. J.M.R.F. Scheper, tegen een geïntimeerde, vertegenwoordigd door mr. M.H.J. Kock. De procedure is voortgekomen uit een eerdere beschikking van 25 april 2023, waarin het Hof de zaak verwees naar een rolzitting voor verdere akten van partijen.

Tijdens de mondelinge behandeling op 5 december 2023 heeft het Hof vastgesteld dat de bij testament uitgesproken wens van de moeder van de minderjarige, dat er een bewindvoerder moet worden benoemd, gerespecteerd moet worden. Het Hof heeft echter ook geconstateerd dat de relatie tussen de appellant en de geïntimeerde gespannen is, wat nadelige gevolgen heeft voor de minderjarige. Daarom heeft het Hof besloten om de huidige bewindvoerster te vervangen door een neutrale bewindvoerder, om zo het belang van de minderjarige te waarborgen.

De appellant heeft de heer [naam accountant] voorgesteld als nieuwe bewindvoerder, en het Hof heeft geen redenen gevonden om aan zijn neutraliteit te twijfelen. De voorgestelde bewindvoerster door de geïntimeerde, mevrouw [bewindvoerster], is niet geschikt bevonden omdat zij de dochter van de geïntimeerde is. Het Hof heeft de bestreden beschikking vernietigd voor zover deze in hoger beroep voorligt en heeft de heer [naam accountant] benoemd als bewindvoerder over de goederen van de minderjarige, met ingang van 5 december 2023. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

Burgerlijke zaken over 2023
Registratienummers: AUA202002887 - AUA 2021H00237
Uitspraak: 5 december 2023
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en
van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
BESCHIKKING
In de zaak van:
[APPELLANT],
wonende in Aruba,
hierna: [appellant],
oorspronkelijk verzoeker, verweerder tegen het zelfstandig tegenverzoek,
thans appellant,
gemachtigde: mr. J.M.R.F. Scheper,
tegen
[GEÏNTIMEERDE],
wonende in Aruba,
hierna: [geïntimeerde],
oorspronkelijk verweerster, verzoekster van het zelfstandig tegenverzoek,
thans geïntimeerde,
gemachtigde: mr. M.H.J. Kock.

1.Het verdere verloop van de procedure

1.1
Voor het procesverloop tot aan 25 april 2023 wordt verwezen naar de beschikking van die datum (hierna: de tussenbeschikking). In die beschikking heeft het Hof de zaak verwezen naar de rolzitting van 23 mei 2023 voor gelijktijdige akte uitlating zijdens partijen P1 als bedoeld onder 2.7.
1.2
Partijen hebben op 23 mei 2023 een akte genomen. [geïntimeerde] heeft op 20 juni 2023 en [appellant] op 5 september 2023 een contra-akte ingediend. [appellant] heeft bij zijn akte een productie overgelegd. [geïntimeerde] heeft bij haar contra-akte een aantal producties overgelegd.
1.3
Beschikking is nader bepaald op vandaag.

2.De verdere beoordeling

2.1
Het Hof heeft in de tussenbeschikking onder meer als volgt overwogen:
2.5
Het Hof is van oordeel dat de bij testament uitgesproken wens van wijlen moeder dat er een bewindvoerder moet worden benoemd over hetgeen de minderjarige uit haar nalatenschap verkrijgt moet worden gerespecteerd. Er zijn geen feiten gebleken die moeten leiden tot opheffing van het bewind.
2.6
Het Hof ziet wel aanleiding om [geïntimeerde] als bewindvoerster te vervangen. De reden daarvoor is dat tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat de verhouding tussen [appellant] en [geïntimeerde] nog steeds zeer gespannen is. Tijdens het kindgesprek heeft het Hof geconstateerd dat de minderjarige daar onder lijdt. Omdat het in het belang van de minderjarige zeer wenselijk is dat tussen de bewindvoerder en de vader een goede verstandhouding bestaat is het Hof van oordeel dat de minderjarige het meest gebaat is bij een neutrale bewindvoerder. Partijen wordt verzocht om hiertoe voorstellen te doen. Het kan daarbij gaan om een professionele bewindvoerder, liefst in Aruba, maar op een van de andere eilanden is ook mogelijk. Als dat niet mogelijk is, kan ook gedacht worden aan een familielid of kennis dat/die op voldoende afstand staat van partijen om als neutrale bewindvoerder op te kunnen treden. Het beste zou zijn als partijen in gezamenlijk overleg iemand zouden vinden in wie zij beiden voldoende vertrouwen hebben.
2.2
Het Hof blijft bij deze overwegingen en ziet in hetgeen partijen hebben aangevoerd geen aanleiding om daarvan terug te komen.
2.3
Het Hof heeft overwogen dat de minderjarige het meest gebaat is bij een neutrale bewindvoerder. [appellant] heeft voorgesteld de heer [naam accountant] (accountant) als bewindvoerder te benoemen. Gesteld noch gebleken is dat de heer [naam accountant] niet neutraal zou zijn. Het Hof gaat voorbij aan de bezwaren van [geïntimeerde] ten aanzien van de kosten. Het Hof verwacht niet dat met de bewindvoering dermate hoge kosten gemoeid zullen zijn dat het niet verantwoord is de heer [naam accountant] te benoemen. De vermogensbestanddelen van de nalatenschap die onder het bewind vallen zijn immers overzichtelijk en vereisen niet constante aandacht.
De door [geïntimeerde] voorgestelde bewindvoerster, mevrouw [bewindvoerster], is de dochter van [geïntimeerde] zodat niet gezegd kan worden dat zij op voldoende afstand van partijen staat.
2.4
Gelet op het voorgaande zal het Hof de heer [naam accountant] benoemen als bewindvoerder over de goederen van de minderjarige.
2.5
De bestreden beschikking zal worden vernietigd voor zover die in hoger beroep voorligt (alleen ter zake van de omgangsregeling en het bewind) en het Hof zal opnieuw recht doen als na te melden. De verklaringen voor recht over het ouderlijk gezag en de voogdij liggen niet in hoger beroep voor en blijven dus in stand zonder dat het Hof zich erover uitspreekt.
2.6
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

3.De beslissing

Het Hof:
vernietigt de bestreden beschikking voor zover die in hoger beroep voorligt en doet opnieuw recht als volgt:
bepaalt de omgangsregeling zoals vermeld in de beschikking van het Hof van 25 april 2023;
verleent met ingang van heden 5 december 2023 aan [geïntimeerde] ontslag als bewindvoerster over de goederen van de minderjarige [minderjarige] geboren op [geboortedatum] 2012 in [geboorteplaats];
benoemt met ingang van heden 5 december 2023 de heer [naam accountant], geboren te Aruba op [geboortedatum] 1980, kantoorhoudende te Aruba aan de [adres] tot opvolgend bewindvoerder;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mrs. E.A. Saleh, G.C.C. Lewin en C.G. ter Veer, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie, en ter openbare terechtzitting van het Hof te Bonaire op
5 december 2023 uitgesproken, in tegenwoordigheid van de griffier.