Uitspraak
Procesverloop
Overwegingen
Hoger beroep
Daarnaast wijst [appellante] op het gelijke geval van Pinales Gil. Zij voldeed door een verbroken relatie ook niet meer aan het verblijfsdoel van haar vttv, maar de minister heeft aan haar een vergunning tot tijdelijk verblijf voor de duur van drie jaar verleend. Ook in andere vergelijkbare gevallen heeft de minister een vergunning verleend vanwege een sterk opgebouwd verblijfsrecht. De minister had deze ambtshalve, jarenlange gehanteerde en toegepaste beleidslijn ook op [appellante] moeten toepassen. Het Gerecht is hier in de aangevallen uitspraak niet op ingegaan.
Op grond van artikel 10 van de Ltu wordt hij die handelt in strijd met de hem verleende vergunning tot tijdelijk verblijf of tot verblijf, geacht gehandeld te hebben zonder vergunning.
Voor de toepassing van de Ltu hanteert de minister het beleid zoals opgenomen in de richtlijnen van de minister met betrekking tot de toepassing van de Ltu en het Toelatingsbesluit van mei 2012 (hierna: de richtlijnen). In paragraaf 3.1.3 is bepaald: