ECLI:NL:OGHACMB:2023:173
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- E.A. Saleh
- E.M. van der Bunt
- J. de Boer
- Rechtspraak.nl
Benoeming van een bijzondere curator in een civiele procedure
In deze zaak, die voor het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba werd behandeld, ging het om de benoeming van een bijzondere curator. De appellant, oorspronkelijk gedaagde, had een verzoek ingediend tot benoeming van een bijzondere curator over twee belanghebbenden. Het Hof had eerder op 28 februari 2023 een tussenvonnis uitgesproken waarin werd vastgesteld dat de belangen van de appellant mogelijk in strijd konden zijn met die van de belanghebbenden. Daarom achtte het Hof het noodzakelijk om ambtshalve een bijzondere curator te benoemen, conform artikel 1:385 lid 1 BW in verbinding met artikel 1:250 BW.
Tijdens de comparitie van partijen op 27 maart 2023 stelde de appellant voor om zijn echtgenote of dochter te benoemen tot bijzondere curator, maar de geïntimeerden maakten bezwaar tegen deze benoeming vanwege de betrokkenheid van deze personen bij de zaak. In plaats daarvan stelden zij voor om deurwaarder [naam] te benoemen. Aangezien de appellant geen zwaarwegende bezwaren tegen deze benoeming had, en de deurwaarder bereid was om deze rol op zich te nemen, besloot het Hof om deurwaarder [naam] als bijzondere curator te benoemen.
Het Hof droeg de griffier op om deze beschikking aan de benoemde bijzondere curator toe te sturen en bepaalde dat de bijzondere curator op een nader te bepalen datum de gelegenheid krijgt om een antwoordakte in te dienen. Het Hof hield iedere verdere beslissing aan, wat betekent dat er mogelijk nog vervolgprocedures zullen plaatsvinden.