ECLI:NL:OGHACMB:2022:94

Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
30 mei 2022
Publicatiedatum
22 september 2022
Zaaknummer
H-52/21
Instantie
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Intrekking van hoger beroep in strafzaak met niet-ontvankelijkheid verklaring

In deze zaak heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 30 mei 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten. De verdachte was eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 jaren met aftrek van voorarrest voor meerdere strafbare feiten. De verdachte heeft op 29 maart 2021 hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis.

Echter, op 9 mei 2022, een dag voor de inhoudelijke behandeling van de zaak, heeft de verdachte via zijn raadsvrouw, mr. S. Bommel, per e-mail aangegeven het hoger beroep te willen intrekken. Tijdens de terechtzitting op 10 mei 2022 heeft de raadsvrouw dit verzoek herhaald. Het Hof heeft, in overeenstemming met de relevante artikelen van het Wetboek van Strafvordering, vastgesteld dat het hoger beroep is ingetrokken.

Gelet op het gebrek aan belang heeft het Hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het door hem ingestelde hoger beroep. De uitspraak is gedaan door de rechters R.L.M. van Opstal, S. Verheijen en W.J. Geurts-de Veld, en is op 30 mei 2022 uitgesproken in aanwezigheid van de griffier tijdens een openbare terechtzitting in Sint Maarten.

Uitspraak

Zaaknummer: H-52/21

Parketnummer : 100.00401/20
Uitspraak : 30 mei 2022 Tegenspraak

Vonnis

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten (hierna: het Gerecht) van 24 februari 2021 in de strafzaak tegen de verdachte:

[Verdachte],

geboren op [geboortedatum] 1987 in [geboorteplaats],
wonende in [woonplaats], [adres],
thans gedetineerd in [locatie].
Hoger beroep
Het Gerecht heeft de verdachte bij zijn vonnis ter zake van het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 15 jaren met aftrek van voorarrest. Voorts heeft het Gerecht beslissingen genomen ten aanzien van het in beslag genomen voorwerp en een vordering tot schadevergoeding van een benadeelde partij.
De verdachte heeft op 29 maart 2021 hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting.
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
Op 9 mei 2022, een dag voor de inhoudelijke behandeling van zijn zaak, heeft de verdachte bij monde van zijn raadsvrouw mr. S. Bommel per e-mail aangegeven het hoger beroep te willen intrekken. De gemachtigde raadsvrouw heeft ter terechtzitting van 10 mei 2022 herhaald dat de verdachte het hoger beroep wenst in te trekken. Gelet op artikel 450, eerste lid jo. artikel 451, derde lid Wetboek van Strafvordering verstaat het Hof dat het hoger beroep is ingetrokken en zal de verdachte bij gebrek aan belang niet ontvankelijk verklaren.

BESLISSING

Het Hof:
verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het door hem ingestelde hoger beroep.
Dit vonnis is gewezen door mrs. R.L.M. van Opstal, S. Verheijen en W.J. Geurts-de Veld, leden van het Hof, bijgestaan door mr. I.M. Sinon, zittingsgriffier, en op 30 mei 2022 uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier ter openbare terechtzitting van het Hof in Sint Maarten.
De uitspraakgriffier is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.