Uitspraak
[GEÏNTIMEERDE 1],
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak heeft de naamloze vennootschap PSB BANK N.V. hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, uitgesproken op 24 mei 2022. PSB verzocht het Gemeenschappelijk Hof van Justitie om de tenuitvoerlegging van dit vonnis te schorsen. Het Gerecht had in het bestreden vonnis beslist dat PSB een conservatoire derdenbeslag op moest heffen, maar PSB betwistte de noodzaak van deze beslissing. De procedure begon met een akte van appel op 13 juni 2022, gevolgd door een verzoekschrift van PSB op 20 juli 2022 waarin de schorsing werd gevorderd. De geïntimeerden, A&N LOTTERY AND ENTERTAINMENT B.V. en [geïntimeerde 1], verzetten zich tegen deze schorsing en vroegen om veroordeling van PSB in de proceskosten.
Het Hof heeft de argumenten van beide partijen overwogen en geconcludeerd dat het Gerecht in zijn vonnis niet heeft geoordeeld dat PSB het beslag op moest heffen, maar dat het beslag op het perceel van [geïntimeerde 1] opgeheven moest worden. Het Hof heeft de uitleg van het bestreden vonnis bevestigd en vastgesteld dat er onvoldoende redenen zijn om de tenuitvoerlegging van het vonnis te schorsen. De vordering van PSB tot schorsing is afgewezen, en PSB is veroordeeld in de kosten van het schorsingsgeding, die zijn begroot op NAf 2.000,00 aan salaris voor de gemachtigde van [geïntimeerde 1].