Uitspraak
Zaaknummer: H-117/22
Vonnis
[verdachte],
:
BESLISSING
geldboetevan
NAf 500,- (vijfhonderd gulden), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
10 (tien) dagenhechtenis.
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, waarbij de verdachte op 20 juli 2022 was veroordeeld tot een geldboete van NAf 95,- voor het overtreden van de COVID-19 maatregelen. De verdachte, geboren en woonachtig in Curaçao, werd beschuldigd van het zich bevinden op een openbare weg tijdens de avondklok op 10 maart 2021. De procureur-generaal stelde hoger beroep in en vorderde een zwaardere straf van NAf 1.000,-. Het Hof heeft de zaak opnieuw beoordeeld en vastgesteld dat de verdachte zich inderdaad op een openbare weg bevond, ondanks zijn verweer dat hij zich op een privéterrein bevond. Het Hof oordeelde dat de verdachte de regels van de Tijdelijke regeling maatregelen uitzonderingstoestand COVID-19 pandemie had overtreden, en dat er geen feiten of omstandigheden waren die zijn strafbaarheid uitsloten. Het Hof vernietigde het vonnis van het Gerecht en legde een geldboete op van NAf 500,-, waarbij het Hof rekening hield met de omstandigheden van de zaak en de tijdsduur tussen de overtreding en de berechting. De uitspraak benadrukt het belang van naleving van de COVID-19 maatregelen en de gevolgen van overtredingen in het kader van de volksgezondheid.