Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
2.De beoordeling
bill of saleop briefpapier van [bedrijfsnaam] vermeldt dat [bedrijfsnaam] op 25 maart 2015 een Hyundai I10 aan [geïntimeerde] heeft verkocht voor de prijs van USD 6.500,-. De
bill of saleis zijdens [bedrijfsnaam] ondertekend door [betrokkene].
bill of saleop briefpapier van [bedrijfsnaam], ondertekend door [betrokkene], vermeldt dat [bedrijfsnaam] deze Hyundai I10 op 3 oktober 2016 heeft verkocht aan [koper 1].
bills of salevermelden op papier zonder briefhoofd dat [betrokkene] op 27 juni 2016 een (tweede en derde) Hyundai I10 heeft verkocht aan [geïntimeerde] voor de prijs van USD 6.000,- per auto. [betrokkene] heeft beide
bills of saleondertekend.
bills of sale, beide ondertekend door [betrokkene], vermelden dat [betrokkene] de tweede Hyundai I10 op 2 september 2015 heeft verkocht aan [koper 2] en de derde op 12 augustus 2017 aan [koper 3].
“Mr. [betrokkene] a/o [bedrijfsnaam]”op het adres [adres] aangeschreven met een sommatie tot betaling van USD 42.000,-, met rente en 15% buitengerechtelijke kosten, als
“the amount of loss of revenue calculated from April 2016 at USD 1500,= per month”.Op deze brief is niet gereageerd.
“[appellante], handelende onder de naam [bedrijfsnaam], althans diens opvolger [de BV]”gevorderd tot (onder meer) betaling van USD 46.500,-, alsmede USD 1.500,- voor iedere maand na maart 2019 dat de voertuigen niet ter vrije beschikking van [geïntimeerde] zijn gesteld. Op 8 mei 2019 is het verzoekschrift aan de verweerders betekend door achterlating van een afschrift van het exploot op het adres [adres].
Executoriaal Derdenbeslag vanaf September 2020.